20171205 (taboe)woorden

1 / 18
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Woorden
Waarom noemden ouders kun kind vroeger debiel, maar nu niet meer?

Slide 2 - Slide

Huiswerk bespreken

      1.3         13a en 14

2.3         2 en 4

Slide 3 - Slide

Leerdoelen
Je weet wat taal over jou verklapt;
Je weet wat taboewoorden zijn;
Je weet hoe taboewoorden veranderen.

Slide 4 - Slide

Wat zegt taalgebruik over jou?
Hierna volgen 5 uitspraken van mensen. Maak een keuze wie dit het meest waarschijnlijk uitsprak.

Slide 5 - Slide

Hun hebben te veel bier op.
A
Jongere
B
Laagopgeleide
C
Twente
D
Algemeen

Slide 6 - Quiz

Dit eten is echt superlekker!
A
Jongere (tot 27 jaar)
B
Vrouw
C
Hoogopgeleide
D
Algemeen

Slide 7 - Quiz

Lekker chillen, mattie
A
Man
B
Jongere
C
Laagopgeleide
D
Algemeen

Slide 8 - Quiz

Dat zou misschien best wel zo kunnen zijn.
A
Jongere
B
Man
C
Vrouw
D
Algemeen

Slide 9 - Quiz

Ik ga
A
Man
B
Vrouw
C
Jongere
D
Algemeen

Slide 10 - Quiz

Tegen wie kun je zeggen:
"Dat was echt fokking mooi!"
A
je ouders
B
je vriend(inn)en
C
je grootouders
D
je docent

Slide 11 - Quiz

Welk woord heeft voor jou de meest negatieve bijklank?
A
Belg
B
Marokkaan
C
Spanjaard
D
Zwitser

Slide 12 - Quiz

Welk woord heeft de meest negatieve bijklank voor jou?
A
Shit
B
Kut
C
Klote
D
Kanker

Slide 13 - Quiz

Taboewoorden
Als een woord vaak in een negatieve context wordt gebruikt, wordt een nieuw woord gecreëerd.

Slide 14 - Slide


"Ook al ben ik zwart als roet,
ik meen het wel goed."

Slide 15 - Slide

Als het vervangende woord taboe wordt

Gastarbeider
Medelander
Allochtoon
Persoon met een migratieachtergrond

Slide 16 - Slide

Samenwerkend leren
Maak opdracht 14
presenteer je uitkomst

15 minuten

Slide 17 - Slide

Huiswerk 
H 2.3
Maak opdracht 8, 9

Slide 18 - Slide