BERH: TH9 BS1 KENNISCHECK

Thema 9 Planten
BS1 kennis testen
1 / 15
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 4

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Thema 9 Planten
BS1 kennis testen

Slide 1 - Slide

Hoe noem je onderdeel 1?
A
1 = bladgroenkorrels
B
1 = bladmoes
C
1 = opperhuid
D
1= nerf

Slide 2 - Quiz


De opperhuid van een blad is...
A
een dikke laag aaneengesloten cellen
B
een dunne laag aaneengesloten cellen
C
een paar lagen aaneengesloten cellen
D
twee cellen met een opening ertussen in

Slide 3 - Quiz

Wat is de functie van de opperhuid met waslaagje?

A
De opperhuid en het waslaagje zorgen ervoor dat de blad stevig blijft.
B
De opperhuid en het waslaagje beschermen het blad tegen water en hevige stormen.
C
De opperhuid en het waslaagje zorgen ervoor dat gassen niet ontsnappen.
D
De opperhuid en het waslaagje beschermen het blad tegen waterverlies en ziekteverwekkers.

Slide 4 - Quiz

Hoe noem je de onderdelen 2 en 4?
A
2 = bladgroenkorrels 4= huidmondje
B
2 = bladmoes 4= nerf
C
2 = opperhuid 4= bladgroenkorrels
D
2 = opperhuid 4= sluitcellen

Slide 5 - Quiz

Welk gas gaat via het huidmondje binnen bij fotosynthese?
A
koolzuur
B
zuurstof
C
koolstofdioxide
D
glucose

Slide 6 - Quiz

Hebben groene stengels huidmondjes en/ bladgroenkorrels?
A
Ja/ nee
B
Ja/Ja
C
Nee/ Ja
D
Nee/Nee

Slide 7 - Quiz

Op een droge dag in de zomer staat een plant in de zon.
Hoe zullen de huidmondjes eruitzien?
A
zoals in afbeelding 1
B
zoals in afbeelding 2

Slide 8 - Quiz

Bladgroenkorrels zijn...
A
speciale structuren in de cel die verbranding mogelijk maken doordat ze de energie van de zon kunnen opvangen en omzetten in ATP.
B
speciale structuren in de cel die fotosynthese mogelijk maken doordat ze de energie van de zon kunnen opvangen en omzetten in CO2.
C
speciale structuren in de cel die fotosynthese mogelijk maken doordat ze de energie van de zon kunnen opvangen en omzetten in suikers.

Slide 9 - Quiz

UITLEG VOOR DE KOMENDE VRAAG
Schaduwplant: zo opgebouwd dat de plant in zwakke lichtsterkte kan functioneren. De bladeren zijn dun en hebben een grote oppervlak om zoveel mogelijk zonlicht op te vangen. Maar mocht deze plant in de volle zon zitten, dan gaan de cellen van de bladeren kapot!

Zonplanten kunnen de volle zon aan: hun vorm en bouw is hierop aangepast. De bladeren kunnen klein en dik zijn. Ze hoeven geen energie te steken in het maken van grote bladeren (kleine bladeren de hele dag in de zon: genoeg om de plant van suikers te voorzien).


Slide 10 - Slide

Van een schaduwplant en een zonplant werd de intensiteit van de fotosynthese gemeten bij verschillende verlichtingssterkten.
De resultaten zijn weergegeven in het diagram hienaast.

Welke plant is de schaduwplant: plant A of plant B? Leg je antwoord uit.

Slide 11 - Open question

Om fotosynthese optimaal te laten gebeuren zijn er een paar factoren nodig zoals de juiste lichtsterkte, genoeg water, een hoog luchtgehalte van CO2 en optimaal temperatuur (meestal tussen de 15°C - 25 °C).

Maar voor elke soort plant is er een maximum aan de fotosynthese mogelijk. Waarom?

Slide 12 - Open question

voorbereiding op de komende vraag
Als planten in een te lage (rond de 5°C) of te hoge temperatuur zitten (boven de 30°C) gaan de eiwitten in de cellen niet meer goed werken. Daardoor worden de normale metabolische processen in de cellen belemmerd, zoals fotosynthese.

In dit plaatje zie je twee keer een kikker en een muis, elk met een plant, in een gesloten ruimte in een andere temperatuur.

Denk even: Welke dier (in rusttoestand) gebruikt meer energie? 

Beantwoord de quiz-vraag op de volgende slide.

Slide 13 - Slide

In een ruimte worden een plant en een dier geplaatst zoals aangegeven in de figuren. Telkens doet men metingen bij 5 graden Celsius en bij 15 graden Celsius.

Bij welke opstelling is het koolstofdioxidegehalte het grootst?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 14 - Quiz

Slide 15 - Slide