Cursus 3 - Fictie §2 Motieven en symbolen

Lesdoelen

Je leert: 
> motieven en symbolen in een verhaal herkennen
> betekenis geven aan motieven en symbolen 
> het onderwerp en thema van een verhaal benoemen

Huiswerkcheck
1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 11 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Lesdoelen

Je leert: 
> motieven en symbolen in een verhaal herkennen
> betekenis geven aan motieven en symbolen 
> het onderwerp en thema van een verhaal benoemen

Huiswerkcheck

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Wat is een motief? (Terugkerend) element in een verhaal
  • Motieven kunnen ideeën zijn zoals: liefde, vriendschap, angst, eenzaamheid, of vrijheid.
  • Maar ze kunnen ook terugkerende dingen zijn, zoals: regen, een reis, dromen, of spiegels.
  • Een voorbeeld: In een verhaal over eenzaamheid kan het motief "een lege stoel"     steeds terugkomen om dat gevoel te benadrukken.
  • Kan een zin zijn, een object, kleur, situatie of handeling

In fictie hebben motieven betekenis; ze worden bewust 'gekozen'. 

Slide 4 - Slide

Voorbeeld van een motief

Slide 5 - Slide

Motief in fictie
De dobbelsteen 
  • waar staat dit voor? 
  • het noodlot wat Anton treft

Slide 6 - Slide

Motief in fictie
Slang = het kwaad

Harry Potter: slang is het symbool van Zwadderich, Voldemort wordt vergezeld van een slang. 
Dat Harry met slangen kan praten, blijkt door zijn aanraking met Voldemort te komen. Als Voldemort overlijdt, verliest Harry deze gave.


Slide 7 - Slide

Motief in fictie
Toeval: 
'Het werd 15-15 en 16-16; 25-25, zou een dergelijke stand ooit eerder zijn voorgekomen? Het was griezelig, alsof het toeval een loopje met ze nam' (p. 37-38).

Het getal 8:
lievelingscijfer Saskia, duikt regelmatig op:
'Hij telde; het was de achtste paal van het einde van het hek. Er kwam een glimlach op zijn gezicht: acht was haar geluksgetal. Rozen waren het mooist als het er acht waren, en ze vond het jammer dat hij niet een jaar jonger was - dan zouden ze acht jaar schelen' (p. 12). 



Slide 8 - Slide

Symbolen
Een symbool is iets dat meer betekent dan het letterlijk is; het staat ergens anders voor.

Voorbeelden van symbolen:
Een duif staat vaak symbool voor vrede.
Een hart staat voor liefde
In een boek kan een kapotte spiegel symbool staan voor een gebroken zelfbeeld.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Huiswerk voor morgen
Klassikaal lezen §2 tekst 1 t/m 3
Zie planning NN - §2 motieven en symbolen - 
maak opdracht 1 tot en met 3.

Vergeet morgen je leesboek niet. 

Morgen bespreken/inzage leestoets.

Slide 11 - Slide