H1.4 soorten mengsels en pH

§ 1.4 Soorten mengsels en pH
1 / 25
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

§ 1.4 Soorten mengsels en pH

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen
Na deze les weet je
  • het verschil tussen een oplossing, een suspensie, een emulsie, rook, nevel en mist
  • hoe je voorkomt dat een emulsie ontmengt
  • wat de pH van een oplossing betekent en hoe je die bepaalt
VWO:
  • kan je bereken hoe de pH verandert als je een oplossing verdunt

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Zuivere stof/mengsel
Zuivere stof:
1 soort moleculen

Mengsel:
verschillende soorten moleculen

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

De moleculen van een zuivere stof kunnen wel uit verschillende kleinere onderdelen (atomen/ionen) bestaan.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Soorten mengsels

- Oplossing                        - Rook
- Suspensie                       - Nevel
- Emulsie                            - Schuim 

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Oplossing = helder (=doorzichtig), kleurloos of gekleurd
vast, vloeibaar of gas opgelost in een vloeibaar oplosmiddel


Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Zo ontstaat een oplossing
De vaste opgeloste stof is zo fijn verdeeld in de vloeistof dat deze helder is.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Suspensie = troebel, nooit kleurloos

Vaste stof zwevend in een vloeistof, deeltjes zijn te groot om het licht door te laten, deeltjes zakken naar de bodem


Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Emulsie
  • Vloeistof in een vloeistof
  • Troebel
  • Zal vaak ontmengen in een twee-lagensysteem, vloeistof met de laagste dichtheid zit bovenop

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Hoe voorkom je dat een emulsie ontmengt?

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

ontmengen
emulsie
emulgator
Zo onstaat een emulsie

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Andere mengsels
Rook:  een mengsel van een vaste stof fijn verdeeld in een gas 

Schuim: een mengsel van een gas fijn verdeeld in een vloeistof of vaste stof  
                        
Nevel/mist: een mengsel van een vloeistof fijn verdeeld in een gas          
                      

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Welk soort mengsel is dit?
A
Oplossing
B
Suspensie
C
Emulsie
D
Schuim

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Welk mengsel is altijd helder?
A
Suspensie
B
Oplossing
C
Emulsie
D
Nevel

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Water gemengd met zand is een
A
Suspensie
B
Emulsie
C
Oplossing
D
Schuim

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Spa rood is een ?
A
Suspensie
B
Emulsie
C
Oplossing
D
Nevel

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Hoe heet het mengsel van een vloeistof in een gas?
A
Schuim
B
Rook
C
Oplossing
D
Nevel

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

vast
vloeistof
gas
vast
vloeistof
gas
Opgelost in
Fase van de stof
Waar horen deze TROEBELE MENGSELS?
Suspensie
Rook
Nevel
Emulsie
Schuim

Slide 18 - Drag question

This item has no instructions

pH waarde
pH waarde zegt iets over de "zuurgraad" van water.
Zonder juiste pH-waarde is het niet fijn zwemmen.
Daarom moet je altijd de Ph-waarde van je zwembad meten en aanpassen

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

De pH-schaal gaat van 0 tot 14
De pH-waarde meet je met                 Voorbeelden van stoffen           universeel indicatorpapier

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

lage pH (zuur) en hoge pH (basisch)

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Zuiver Water is neutraal

Een neutrale oplossing is niet zuur en niet basisch. Een neutrale
oplossing is niet schadelijk.

Een oplossing met een te lage pH (zuur) of met een te hoge pH(base) hebben een bijtende werking en tasten je huid aan.

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Reinigingsmiddelen

Indeling op basis van pH:

  • Zure reinigingsmiddelen pH < 4 --> Kalkresten
  • Neutrale reinigingsmiddelen pH = 7 --> zuiver water
  • Basische reinigingsmiddelen pH > 10 --> ontvetten

Slide 23 - Slide

Binnen het grote aanbod aan reinigingsmiddelen kunnen we drie groepen  onderscheiden: 
1 zure reinigingsmiddelen;
2 basische reinigingsmiddelen;
3 neutrale reinigingsmiddelen.
VWO: rekenen met de pH 
De pH schaal is logaritmisch opgebouwd.
Een pH verschil van 1,0 is een concentratieverschil van 10
Een pH verschil van 2,0 is een concentratieverschil van 100
Een pH verschil van 3,0 is een concentratieverschil van 1000 etc.

De geldt zowel voor zuren als basen

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Wat te doen
leren §1.4
Maken opgaven:
Havo: 40,41,43,45,47,48,49,50

VWO:40,41,42,43,45,46,47,48,49




Slide 25 - Slide

This item has no instructions