This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slide.
Items in this lesson
1. De Industriele Revolutie in Engeland
Slide 1 - Slide
Overgang van huisnijverheid naar machinale productie in fabrieken.
A
Agrarische Revolutie
B
Demografische Revolutie
C
Industriële Revolutie
D
Technische revolutie
Slide 2 - Quiz
Verandering op het gebied van landbouw. Waardoor een kleine groep boeren meer voedsel produceerden.
A
Agrarische Revolutie
B
Demografische Revolutie
C
Industriële Revolutie
D
Technische revolutie
Slide 3 - Quiz
De agrarische revolutie is een gevolg van de industriële revolutie.
A
juist
B
onjuist
Slide 4 - Quiz
Welk begrip hoort bij deze betekenis: Periode van grote en snelle verandering in West-Europa door de komst van industrie; deze periode duurde van 1760 tot 1850.
A
Industrialisatie
B
Kapitalisme
C
Industriële revolutie
D
Agrarische revolutie
Slide 5 - Quiz
Grote investeringen van ondernemers waren erg belangrijk voor beide revoluties.
waar of niet waar?
A
Waar
B
niet waar
C
Slide 6 - Quiz
Wat is mechanisering?
A
spierkracht wordt vervangen door machines
B
De machines worden vervangen door computers.
Slide 7 - Quiz
Waardoor was er minder werk op het platteland?
A
te weinig geld
B
slechte oogst
C
mechanisering
D
dieren gingen dood
Slide 8 - Quiz
Het thuis maken van goederen bestemd voor de verkoop door ambachtslieden of boeren is.....