Maandag 14 april 2025

Maandag 14 april
1 / 24
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

Maandag 14 april

Slide 1 - Slide

Programma
- Journaal kijken
15 min
- Terugblik vorige les
5 min
- Huiswerk 
5 min
- "Schrijfvaardigheid"
10 min
-Oefenen
30 min
-Afsluiting
15 min

Slide 2 - Slide

Journaal
We starten vandaag met het kijken naar het journaal.
Let goed op > straks komen hier vragen over!





Slide 3 - Slide

Welke onderwerpen zijn er in het journaal aan bod gekomen?

Slide 4 - Open question

Kies nu 1 onderwerp uit > vertel hier kort de hoofdzaken over!

Slide 5 - Open question

Terugblik vorige les
Schrijfvaardigheid


Schrijfdoelen
Uiteenzetting
Invalshoek

Slide 6 - Slide

Wat is het schrijfdoel?
A
overtuigen
B
informeren
C
overhalen
D
instrueren

Slide 7 - Quiz

Wat is het schrijfdoel?
A
overtuigen
B
informeren
C
overhalen
D
instrueren

Slide 8 - Quiz

Wat is het schrijfdoel?
A
overtuigen
B
informeren
C
overhalen
D
instrueren

Slide 9 - Quiz

Welk schrijfdoel hoort bij welk soort tekst?
Sleep het schrijfdoel naar een van de tekstsoorten

betoog
advertentie
nieuwsbericht
strip
activeren
informeren
amuseren
overtuigen

Slide 10 - Drag question

Slide 11 - Slide

Huiswerk
Hoofdstuk 3 Schrijven >
Paragraaf 3.2 > 
Opdrachten Inleiding / Deel 1 en Deel 2

Slide 12 - Slide

Leerdoelen
Wat behandelen we vandaag?

  • Je leert hoe je een tekst opbouwt met inleiding, middenstuk en slot;
  • Je oefent met de 5W -1H vragen

Slide 13 - Slide

Uiteenzetting
In een uiteenzetting geeft de schrijver uitleg over een onderwerp. Hij legt bijvoorbeeld uit hoe iets in elkaar zit, hoe iets werkt of hoe iets gebruikt moet worden. De schrijver geeft nooit zijn mening in een uiteenzetting.

Tekstsoort: uiteenzetting
Tekstdoel: Informeren

Slide 14 - Slide

Het schrijfdoel van een uiteenzetting is:
A
Informeren
B
Uitleg geven
C
Overtuigen
D
Amuseren

Slide 15 - Quiz

In een uiteenzetting komen nooit meningen van mensen voor:
A
Waar
B
Niet waar

Slide 16 - Quiz

Een belangrijk kenmerk van de uiteenzetting is dat deze altijd .... is
A
Interessant
B
Objectief (feitelijk)
C
Subjectief (mening)
D
Overtuigend

Slide 17 - Quiz

Uiteenzetting schrijven: W5H (5 W vragen + 1 hoe vraag)
Uitleggend verband
WIE
WAT 
WAAR
WANNEER
WAAROM 
HOE
Deze vragen beantwoord je altijd voor het schrijven.

Slide 18 - Slide

Aan de slag! (30 min)
Opdracht: Op internet zoeken naar artikelen
Artikelen ordenen met behulp van de 5W - 1H vragen
Wat heb je hiervoor nodig?
- Werkblad
Je mag zacht samenwerken met je buurman/-vrouw. 
KLAAR?
Schrijven hoofdstuk 3 > Inleiding, deel 1 en deel 2 afmaken!
Ander huiswerk.....

Slide 19 - Slide

Ik weet nu hoe ik een tekst kan opdelen in inleiding, kern en slot?
😒🙁😐🙂😃

Slide 20 - Poll

Ik weet wat bij een inleiding, kern en slot hoort.
😒🙁😐🙂😃

Slide 21 - Poll

Uiteenzetting
Maandag 19 mei toets

Let op:
Titel - Inleiding - Middenstuk ( met 3 deelonderwerpen) - Slot
Je schrijft voor jongeren. 
Tussen de 350 en 450 woorden

Slide 22 - Slide

Huiswerk 
Dinsdag 15 april >

Opdracht artikelen afhebben!

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Link