Huiswerkopdracht 4 nakijken
d Het onderwerp van de zin (de afwas) is niet hetzelfde als het denkbeeldige onderwerp van de beknopte bijzin (zij/wij).
Verbetering: Nadat we lang gedineerd hadden, werd de afwas toch nog maar gedaan.
e Het onderwerp van de zin (het weer) is niet hetzelfde als het denkbeeldige onderwerp van de beknopte bijzin (ik/jij/wij/zij).
Verbetering: Toen we terugkwamen van een verregende vakantie, klaarde het weer in Nederland op.
f Het onderwerp van de zin (de hoofdact) is niet hetzelfde als het denkbeeldige onderwerp van de beknopte bijzin (ik/jij/wij/zij).
Verbetering: Nadat we twee uur gewacht hadden in de HMH, begon eindelijk de hoofdact.