vragen of, zeggen dat

vragen of, zeggen dat
1 / 11
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

vragen of, zeggen dat

Slide 1 - Slide

werkwoord met of
Hij vraagt of het regent.
Maria wil proberen of ze kan dansen.
Ik zal even vragen of het mogelijk is.
Kijk even of er nog genoeg brood is.
Ik wil graag weten of je vanavond ook komt.
Ik weet niet of dit genoeg is.

Slide 2 - Slide

werkwoord met dat
Zij zegt dat ik iemand anders moet bellen.
Ik denk dat de telefoon kapot is.
De docent wil dat we ons huiswerk maken.
Ik hoop dat je niet te laat naar bed gaat.
Ik beloof je dat ik morgen meega.
Zorg je dat de planten genoeg water krijgen?
Weet je dat hij niet meegaat?


Slide 3 - Slide

of: onzekerheid
proberen of
vragen of
kijken of
willen weten of
niet weten of

Slide 4 - Slide

dat: mededeling, bericht
zeggen dat
denken dat
willen dat
hopen dat
beloven dat
zorgen dat
weten dat

Slide 5 - Slide

woordvolgorde
de persoonsvorm gaat naar achteren

Ik denk dat de telefoon kapot is.
Kijk even of er nog genoeg brood is.

Slide 6 - Slide

Maak de oefening in groepjes

Slide 7 - Slide

Ik denk (of/dat) (op tijd komt, hij)

Slide 8 - Open question

Ik hoop (dat/of) (van pannenkoeken houdt, je)

Slide 9 - Open question

De docent vraagt (dat/of) (haar even wil helpen, jij)

Slide 10 - Open question

Kijk eens (dat/of) (is begonnen, de les)

Slide 11 - Open question