Tekstverklaren (2 keer D-toets). Summatief in TEA3
Hoofdstuk 1 Nieuw Nederlands (online)
Tekstdoel/tekstsoort
Hoofdgedachte/ Kernzinnen/ standpunt en argumenten
Structuur/signaalwoorden
Inleiding/Slot
Publiek/Betrouwbaarheid bron
Slide 2 - Slide
SPELLING: hoofdstuk 8 NN
werkwoordspelling
interpunctie en leestekens
meervoud
tussenklank in samenstellingen
getallen
sommigen/enkele
volgende week vrijdag: 0-meting spelling
Slide 3 - Slide
LITERATUUR
Literatuur boek 3: Red ons Maria Montanelli van H. Koch
we gaan het boek klassikaal lezen: zie magister/bronnen voor de pdf of als e-book via openbare bieb!
iedere 1e les van de week heb je een stuk gelezen (zie magister) en lezen we in de les. Volgende week beginnen we!
je maakt individueel de verdiepingsopdracht niveau 3 op www.lezenvoordelijst.nl/ . Komt in je literatuurdossier
Slide 4 - Slide
VRAGEN BIJ DE TEKST
GENDERNEUTRALE MANNENPRAAT
Lees de tekst mee: zie chat
we beantwoorden daarna klassikaal vragen
Slide 5 - Slide
Noem 3 woorden uit deze tekst die je moeilijk vond
Slide 6 - Open question
Wat is het voor soort tekst?
Slide 7 - Open question
Wat is het doel van deze tekst?
Slide 8 - Open question
voor welk publiek is deze tekst geschreven? Licht je antwoord toe
Slide 9 - Open question
Dit is een betrouwbare tekst
😒🙁😐🙂😃
Slide 10 - Poll
Waarom is het een betrouwbare tekst? Noem twee redenen
Slide 11 - Open question
Hoe wordt de tekst ingeleid?
Slide 12 - Open question
de titel is goed gekozen
😒🙁😐🙂😃
Slide 13 - Poll
Wat is de hoofdgedachte van deze tekst?
Slide 14 - Open question
Wat is de onderzoeksvraag die in dit onderzoek beantwoord wordt?
Slide 15 - Open question
Hoe is dit onderzocht?
Slide 16 - Open question
ik vind dit een goede onderzoeksmethode
😒🙁😐🙂😃
Slide 17 - Poll
Wat kan een nadeel zijn van deze onderzoeksmethode?
Slide 18 - Open question
kritiek op deze onderzoeksmethode
Proefpersonen lazen zinnen zoals: iedereen moet zijn tanden poetsen. Vrouwen doen dat vaker dan mannen. Resultaat: vrouwen lazen het woordje vrouwen sneller dan mannen
MAAR: Wat met: iedereen moet haar tanden poetsen? Vrouwen doen dan vaker dan mannen? Waar verwijst haar dan naar volgens de proefpersonen?
Slide 19 - Slide
Wat is de conclusie?
Slide 20 - Open question
Wat is de verklaring voor de conclusie?
Slide 21 - Open question
maak de zin neutraal: Iedere leerling moet zijn huiswerk maken
Slide 22 - Open question
maak de zin neutraal: ieder mens koestert op zijn eigen manier zijn vrienden
Slide 23 - Open question
Wat vind jij van genderneutrale taal?
Slide 24 - Open question
Wat heb je geleerd van deze tekst?
Slide 25 - Open question
MAAK NU
NIEUW NEDERLANDS ONLINE
HOOFDSTUK 1 BASIS
PARAGRAAF 1 : onderwerp, hoofdgedachte, tekstdoel en titel
vraag 1 tot en met 5 (de samenwerkvragen mag je alleen maken)