Formatieve toets hoofdstuk 2: Burgers en stoommachines (2.1-2.3)

       Geschiedenis onderbouw       

Formatieve toets
Niveau: 2 mavo
Boek:  Geschiedeniswerkplaats;
Onderwerp: H.2 (2.1/2.3): Burgers en stoommachines (1800-1900)
Punten: 50

1 / 40
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 40 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

       Geschiedenis onderbouw       

Formatieve toets
Niveau: 2 mavo
Boek:  Geschiedeniswerkplaats;
Onderwerp: H.2 (2.1/2.3): Burgers en stoommachines (1800-1900)
Punten: 50

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Sleep 

de onderdelen op de volgende 
dia naar het juiste vak. 

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Let op:


Door... 
Op de bron te klikken wordt deze vergroot!

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Veel succes!



Neem je tijd en doe je best!

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Paragraaf 2.1: Industrie en samenleving.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions




  • Hoe en waardoor de productie in Europa toenam.
Je kan beschrijven:
     Woordenschat

  • Industrie en Industriele revolutie.

Slide 6 - Slide

Lesdoelen
Bespreek de lesdoelen met uw leerlingen.
Tijd van Burgers en Stoommachines
Tijd van Wereldoorlogen
Tijd van Televisie en Computers

Slide 7 - Drag question

This item has no instructions

Tijd van 
Burgers en Stoommachines
Dit was al uitgevonden
Dit werd toen uitgevonden
Dit moest nog worden uitgevonden

Slide 8 - Drag question

1. Fotocamera
2. Auto
3. Fiets
4. Computer
5. Telefoon
6. Duikboot
7. Gloeilamp

Versleep de zinnen naar het juiste plaatje.
Mannen, vrouwen en kinderen werken in fabrieken.
Past bij de tijd vóór burgers en stoommachines.
Mannen, vrouwen en kinderen werken vooral in de landbouw.
Past bij de tijd van burgers en stoommachines.
De meeste mensen wonen in grote steden.

De meeste mensen wonen op het platteland.

Slide 9 - Drag question

This item has no instructions

Wat betekent de industriële revolutie?

Slide 10 - Open question

This item has no instructions

Vroeger werden producten en kleding         
gemaakt.  Sinds de                                            (fabrieken) kunnen design en mode in grote aantallen  gemaakt worden. Dat maakt veel ontwerpen  
voor heel veel mensen. Er zijn natuurlijk ook nog steeds 
 
die alleen rijke mensen kunnen kopen. 
handmatig 
industriële revolutie 
betaalbaar
exclusieve producten

Slide 11 - Drag question

This item has no instructions

In welk land begon de industriële revolutie?
Begin
Begin van de industriële revolutie

Slide 12 - Drag question

This item has no instructions

De tijd vóór de industriële revolutie
Oude energiebronnen
1. Spierkracht
2. Dierkracht
3. Waterkracht
4. Windkracht

Slide 13 - Drag question

This item has no instructions

Oorzaak van de industriele revolutie
Gevolg van de industriele revolutie

De economische veranderingen gingen steeds sneller.
De stoommachine werd uitgevonden 
Er kwamen veel nieuwe producten zoals lucifers en blikvoedsel.
Steenkool werd gebruikt als energiebron.

Slide 14 - Drag question

This item has no instructions

Voor de industriële revolutie
Na de Industriële Revolutie
auto
fiets
boot
paard 
vliegtuig
tram
koets
wandelen

Slide 15 - Drag question

This item has no instructions


 

  • Hoe de samenleving door de industriele revolutie veranderde.
Je kan beschrijven:
     Woordenschat

  • Sectoren, moderne   tijd, industriele   samenleving. 

Slide 16 - Slide

Lesdoelen
Bespreek de lesdoelen met uw leerlingen.
Welke twee stellingen zijn juist? Sleep die naar het vak. 
In de industriële samenleving woonden de meeste mensen op het platteland.
In de industriële samenleving werkten de meeste mensen op het platteland.
In de industriële samenleving woonden de meeste mensen in de stad.
In de industriële samenleving werkten de meeste mensen in de fabriek.

Slide 17 - Drag question

This item has no instructions

Samenleving van de jager-verzamelaars
landbouwsamenleving
landbouw-stedelijke samenleving
industriële samenleving
informatie samenleving

Slide 18 - Drag question

This item has no instructions

Huisnijverheid
Fabrieksarbeid
Agrarisch-stedelijke samenleving

Mensen mogen ophouden met werken als de bel gaat

Man. vrouw en kinderen werken samen aan één product

Ieder gezinslid kan werken op een andere plaats aan een ander product

Arbeiders zijn baas over hun eigen dagindeling 
Industriële samenleving

Slide 19 - Drag question

This item has no instructions




  • Hoe de verhouding was tussen werknemer en werkgever.
Je kan beschrijven:
     Woordenschat

  • Ondernemer, werkgever, werknemer en vakbonden.

Slide 20 - Slide

Lesdoelen
Bespreek de lesdoelen met uw leerlingen.
Hoe heet een organisatie die opkomt voor de belangen van werknemers

Slide 21 - Open question

This item has no instructions

Paragraaf 2.3 politiek en samenleving. 
Tijd: 1800-1900

Hoe waren de leefomstandigheden van de arbeiders?

Slide 22 - Slide

This item has no instructions



  • Hoe de leef en werk omstandigheden van de arbeiders meer aandacht kregen. 
Je kan beschrijven:
     Woordenschat

  • Sociale wetten

Slide 23 - Slide

Lesdoelen
Bespreek de lesdoelen met uw leerlingen.
Liberalen
Confessionelen
Socialisten
''Betere arbeidsomstandigheden vinden wij belangrijk''

Slide 24 - Drag question

This item has no instructions

Benoem 3 kenmerken van de arbeidsomstandigheden in een fabriek ten tijde van de Industriële revolutie

Slide 25 - Open question

This item has no instructions

Fabriekseigenaren
Arbeiders
Weinig bezit
Veel bezit
Rijke lui
Socialisten
Lage bestaanszekerheid
Woonomstandoigheden
Liberalen

Slide 26 - Drag question

This item has no instructions

Woonomstandigheden
Werkomstandigheden
lage lonen
12-14 uur per dag
gevaarlijke machines
eenkamer woning
geen riolen
stank van de fabrieken

Slide 27 - Drag question

This item has no instructions

Zet de woorden op de juiste plek, doe de overige woorden in de prullenbak. 
In de fabrieken waren er hele slechte                                     . Het was er donker, benauwd en gevaarlijk. Ook waren de lonen van de arbeiders heel                            .
Mannen verdiende niet genoeg voor het hele gezin dus moesten                           en                                ook gaan werken. Zo ontstond er                                            .
Mensen konden niet protesteren tegen deze omstandigheden want dan werden ze                                   en hadden dan helemaal geen inkomen meer. Daarom gaan de arbeiders samenwerken in                                                  .
werkomstandigheden
laag
vrouwen
kinderen
kinderarbeid
ontslagen
vakbonden
mannen
woonomstandigheden
hoog
groepen

Slide 28 - Drag question

This item has no instructions

Lees en bekijk bron. Is deze bron van voor of na het 'kinderwetje van van Houten' ? Leg je antwoord uit met een voorbeeld uit de bron.

Slide 29 - Open question

This item has no instructions

De fabrikant houdt zich aan het Kinderwetje van Van Houten.
--> Geef een reden waarom het Kinderwetje zorgde voor verbetering van
de werkomstandigheden van kinderen.
--> Geef ook een reden waarom sommige mensen vonden dat het
Kinderwetje niet genoeg verbetering bracht.

Slide 30 - Open question

This item has no instructions



  • Wat er veranderde door sociale wetten.
Je kan beschrijven:
     Woordenschat

  • sociale wetten, socialisten, klasse en uitgebuit. 

Slide 31 - Slide

Lesdoelen
Bespreek de lesdoelen met uw leerlingen.
Leg uit wat het socialisme is.

Slide 32 - Open question

This item has no instructions




  • Wat er veranderde in het onderwijs en in de positie van de vrouwen.
Je kan beschrijven:
     Woordenschat

  • Bijzonder scholen, emancipatie en feministen.

Slide 33 - Slide

Lesdoelen
Bespreek de lesdoelen met uw leerlingen.
Waar strijden feministen voor?

Slide 34 - Open question

This item has no instructions

Einde toets
Controleer of je alle vragen hebt ingevuld en lever de toets in.

Slide 35 - Slide

This item has no instructions

Slide 36 - Link

This item has no instructions

Slide 37 - Link

This item has no instructions

Slide 38 - Link

This item has no instructions

Slide 39 - Link

This item has no instructions

Slide 40 - Link

This item has no instructions