Leesvaardigheid 4.2

4.2 Leesvaardigheid
1 / 11
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

4.2 Leesvaardigheid

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Uit welke drie delen bestaat een tekst altijd?
A
begin, midden, eind
B
begin, kern, eind
C
inleiding, kern, eind
D
inleiding, kern, slot

Slide 3 - Quiz

Indeling tekst
Een tekst bestaat altijd uit een inleiding, kern en slot.

Slide 4 - Slide

Inleiding
  • Het begin van de tekst
  • Staat meestal het onderwerp in
  • Is vaak één alinea
  • Staat vaak apart van de tekst
  • Is vaak dikgedrukt 

Slide 5 - Slide

Kern
  • Bestaat vaak uit meerdere alinea's
  • Geeft informatie over het onderwerp van de tekst 

Slide 6 - Slide

Slot
  • Sluit de tekst af
  • Meestal één alinea 
  • Vaak een conclusie of samenvatting. Herken je dan aan dus of kortom.

** teksten die maar twee delen hebben, hebben geen slot.

Slide 7 - Slide

Signaalwoorden: opsomming

Signaalwoorden laten het verband tussen woorden, zinnen of alinea's zien.

Opsommende signaalwoorden:
- als eerste, daarna, bovendien, daarnaast, vervolgens, ook, tot slot

Slide 8 - Slide

Probeer zelf een zin te maken met een opsommend signaalwoord.

Slide 9 - Open question

Tekstdoel: informeren
Bij informeren wil de schrijver de lezer informatie geven over een bepaald onderwerp.

Voorbeelden van informatieve teksten zijn:
- nieuwsbericht
- tekst uit een schoolboek
- handleiding
- poster

Slide 10 - Slide

Wat vind je nog lastig?

Slide 11 - Open question