This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Weet je het nog?
Onderwerp
Inleiding-kern-slot
Deelonderwerp
Hoofdgedachte
Alinea
Tussenkopje
Slide 1 - Slide
Kernzin
De belangrijkste zin van iedere alinea. Meestal is dit de 1ste of laatste zin van de alinea.
Slide 2 - Slide
Hoofdzaken
Alle belangrijke zaken die over een onderwerp worden gegeven.
Hoofdzaken lees je vaak in de inleiding, in het slot en in de kernzin van elke alinea.
- tussenkopjes en anders gedrukte woorden kunnen ook helpen om hoofdzaken te vinden
Slide 3 - Slide
Bijzaken
De minder belangrijke informatie over het onderwerp.
Bijzaken kun je weglaten in een tekst.
Slide 4 - Slide
Hoofdzaken
Meestal aan het begin of het einde.
Feiten, jaartallen etc.
Bijzaken
Extra uitleg en voorbeelden
Maken de tekst leuker, duidelijker en beter te begrijpen
Slide 5 - Slide
Wat is de hoofdzaak? De burgemeester bezocht afgelopen zaterdag mevrouw de Jong voor haar honderdste verjaardag. Mevrouw de Jong woont in een verzorgingshuis.
___________________
A
De burgemeester bezocht afgelopen zaterdag mevrouw de Jong voor haar honderdste verjaardag.
B
Mevrouw de Jong woont in een verzorgingshuis.
Slide 6 - Quiz
Wat is de hoofdzaak? Alle leerlingen van klas twee hebben voor de herfstvakantie de boswachter geholpen. De leerlingen moesten op de fiets naar het bos. In het bos werden ze in groepen ingedeeld.
________________
A
Alle leerlingen van klas twee hebben voor de herfstvakantie de boswachter geholpen.
B
De leerlingen moesten op de fiets naar het bos.
C
In het bos werden ze in groepen ingedeeld.
Slide 7 - Quiz
Teksten met meer alinea's
- elke alinea heeft een eigen
hoofdzaak, want de schrijver
wil in elke alinea iets vertellen
- de rest van de zinnen zijn
bijzaak
Slide 8 - Slide
Wat vertel je als je kort wilt vertellen waar een tekst over gaat?
A
Hoofdzaken
B
Bijzaken
Slide 9 - Quiz
Hoofdzaken van een tekst vind je
A
in de inleiding en de kernzin
B
alleen in kernzin
C
in de inleiding, het slot en de kernzin
Slide 10 - Quiz
Wat zijn hoofdzaken?
A
de hoofdgedachte en de kernzin samen
B
Wat in een tekst belangrijk is
C
de inleiding
D
de alinea's
Slide 11 - Quiz
Kernzinnen zijn niet belangrijk.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 12 - Quiz
Lees de tekst
Slide 13 - Slide
Wat is het onderwerp van de tekst?
A
supermodel Doutzen Kroes
B
optredens van bekende artiesten
C
actie van Dance4Life
D
inzameling van 350 duizend euro
Slide 14 - Quiz
Wat is het deelonderwerp van alinea 2?
A
het slotevenement van Dance4Life
B
Ahoy in Rotterdam
C
beloning voor leerlingen voor hun inzet
D
satellietverbinding
Slide 15 - Quiz
Wat is het deelonderwerp van alinea 3?
A
Doutzen Kroes
B
opbrengst van het scholenproject
C
ambassadrice van Dance4Life
D
bekende artiesten treden op
Slide 16 - Quiz
Wat is de kernzin van alinea 2?
A
Het slotevenement van Dance4Life was afgelopen zaterdag in Ahoy, Rotterdam.
B
Als beloning voor hun inzet mochten tienduizend leerlingen naar dit evenement komen.
C
Hier dansten zij met jongeren uit 26 landen tegelijk tegen aids en hiv.
D
De jongeren werden per satelliet met elkaar verbonden.
Slide 17 - Quiz
Welke zin uit alinea 3 gaat niet over het deelonderwerp?
A
Supermodel Doutzen Kroes maakte de totale opbrengst van het scholenproject bekend.
B
Zij is de ambassadrice van Dance4Life in Nederland.
C
Tijdens Dance4Life traden bekende artiesten als Fedde le Grand, Don Diablo en The Partysquad belangeloos op.