Stappen interactief voorlezen
1. Introduceer het boek. Bekijk met de kinderen het kaft, het binnenblad en de illustraties van het boek.
2. Laat kinderen voorspellen waar het boek over gaat. Stel voorspellende vragen: Over wie gaat het verhaal? Waar speelt het verhaal zich af? Wat gebeurt in het verhaal?
3. Lees het verhaal voor. Stel tussendoor verschillende soorten vragen. Ja/Nee vragen, aanwijsvragen, open vragen etc.
4. Leg tijdens het voorlezen begrippen uit.
5. Bespreek het verhaal na afloop. Vraag leerlingen of hun voorspelling klopte.
Laat ze vertellen over hoe het verhaal begon, wat het probleem was, welke oplossing er was voor het probleem en hoe het verhaal afliep.