¿Dónde está la panadería? Waar is de bakkerij?
La panadería está delante de la biblioteca.
De bakkerij bevindt zich voor de bibliotheek.
La panadería está detrás del (=de + el) museo.
De bakkerij bevindt zich achter het museum.
Zie je woordenlijst, rijtje 3: "Indicar ubicación - Locatie aangeven" voor de verschillende voorzetsels.