3.2 Soms te veel water (18 Januari)

§4.4 Soms te veel water
3.2 SOMS TE VEEL WATER
1 / 38
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

§4.4 Soms te veel water
3.2 SOMS TE VEEL WATER

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Lesplanning
Herhalen vorige les + huiswerkcontrole
Begin 3.2
Samen lezen
Uitleg


Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Herhaling vorige les


Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Welke rivier is wat? 
Maas
regenrivier
Schelde
regenrivier
Eems
regenrivier
Rijn
Gemengde rivier

Slide 4 - Slide

Je kan kijken hoe hoog het is waar de rivier begint.
Nee, andere plekken in het stroomgebied kan veel regen vallen

Korte waterkringloop
Lange waterkringloop
Gemengde rivier
Regenrivier
Gletsjerrivier

Slide 5 - Drag question

This item has no instructions

waterkringloop = vernieuwbaar water
Waterkringloop = vernieuwbaar water

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Zout water proeft zout, zoet water proeft zoet
A
Waar
B
Niet waar

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Als zeewater verdampt...
A
Gaat zout en water over in gasvorm
B
gaat water over in gasvorm
C
Gaat zout over in gasvorm

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

In bepaalde regio's rond de evenaar kan twee keer meer regen vallen dan in Nederland maar toch is het minder groen, dit heeft te maken met:

Slide 10 - Open question

This item has no instructions

Neerslag is een vorm van vernieuwbaar water
A
Ja
B
Nee

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Als er meer verdamping dan neerslag is dan is de waterbalans
A
positief
B
negatief

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Wat is het verschil tussen de lange en de korte waterkringloop?

Slide 13 - Open question

This item has no instructions

Water stroomt altijd richting ...
A
Rivieren
B
De zee
C
Meren

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Sleep de cijfers naar de juiste begrippen
Condensatie
Gletsjer
Oppervlakte water
Verdamping
Waterdamp
1
2
3
4
5

Slide 15 - Drag question

This item has no instructions

In de afbeelding zie je ...
A
De korte waterkringloop
B
De lange waterkringloop
C
De korte en de lange waterkringloop

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Vul het missende woord in.

Bij 1 is het ... dan bij 3.
A
warmer
B
kouder
C
dezelfde temperatuur

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Maak de juiste combinaties
Condensatie
Verdamping
Waterdamp --> water
Water --> waterdamp
Als het warmer wordt
Als het kouder wordt

Slide 18 - Drag question

This item has no instructions

Sleep de bolletjes naar de juiste woorden. 
Regenrivier
Gletsjerrivier
Gemengde rivier

Slide 19 - Drag question

This item has no instructions

Welk regiem past bij een gletsjerrivier?
A
Er stroomt altijd veel water door deze rivier.
B
Het meeste water stroomt door de rivier in het voorjaar.
C
Het meeste water stroomt door de rivier in het najaar.
D
Het meeste water stroomt door de rivier in de winter.

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

Welk regiem past bij een regenrivier?
A
Er stroomt altijd veel water door deze rivier.
B
Er stroomt weinig water door deze rivier in het voorjaar.
C
Er stroomt weinig water door deze rivier in de zomer.
D
Er stroomt weinig water door deze rivier in de winter.

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

Maak de juiste combinaties
Gletsjerrivier
Regenrivier
Gemengde rivier

Slide 22 - Drag question

This item has no instructions

In welke maanden is er meer verdamping dan neerslag, en waarom?
klik op de afbeelding om hem groter te maken
A
in de zomer omdat het dan het warmst is
B
in de zomer omdat er dan veel minder neerslag valt
C
in de winter omdat het dan het koudst is
D
in de winter omdat er dan veel minder neerslag valt

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

In de zomermaanden is er een tekort aan bodemwater. Hoe komt water in de bodem terecht?
klik op de afbeelding om hem groter te maken
A
Door verdamping
B
Door condensatie
C
Door infiltratie
D
Via rivieren

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions

Gebruik je boek.

In de winter valt er meer neerslag dan er verdampt. Dit is:
klik op de afbeelding om hem groter te maken
A
De waterbalans
B
Grondwater
C
Nuttige neerslag
D
Oppervlakte water

Slide 25 - Quiz

This item has no instructions

Lesplanning
Voorkennis ophalen
Samen lezen 3.2
Uitleg
Zelfstandig werken

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Samen lezen 3.2

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Moessons
Een speciale wind vanaf zee zorgt in sommige landen voor een regentijd.

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Slide 29 - Video

This item has no instructions

Als een rivier in korte tijd veel water moet afvoeren...

dan heet dit: Piekafvoer

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Infiltratie
Water dat na een regenbui (of na hevige sneeuwval) in de grond zakt. 

Ook dit water stroomt uiteindelijk, via de grond, naar de zee.

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Infiltratie     

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Ontbossing
Infiltratie

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Als de bodem de regenval niet meer aankan, is de kans op modderstromen erg groot. 
minder bomen = meer modderstromingen/overstromingen

Slide 34 - Slide

This item has no instructions

Aan de kust

Slide 35 - Slide

This item has no instructions

 Overstromingen

Slide 36 - Slide

This item has no instructions

C.1 Orkanen
Orkanen

Slide 37 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk
Maak van 3.2 opdracht: 1 t/m 6


Slide 38 - Slide

This item has no instructions