Les 1.6 KT2 Theorie (week 42) Bloeddruk en Pols

Medisch technisch handelen
Onderwerp Bloeddruk & Pols 

Boek: Medisch Technisch Handelen, hoofdstuk 5.5, blz. 85/90

Periode 1B 
Week 42
Les 6

1 / 25
next
Slide 1: Slide
WelzijnMBOStudiejaar 1

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Medisch technisch handelen
Onderwerp Bloeddruk & Pols 

Boek: Medisch Technisch Handelen, hoofdstuk 5.5, blz. 85/90

Periode 1B 
Week 42
Les 6

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Programma
  1. Terugblik vorige les (Glucose, cholesterol & CRP)
  2. Lesdoelen
  3. Theorie bloeddrukmeting
  4. Opdracht
  5. Huiswerk 

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Wat is de referentiewaarde van CRP als deze matig verhoogd is..
A
<10 mg/l
B
naar 500mg/l
C
20-100mg/l
D
>100mg/l

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

Er zijn twee soorten cholesterol. Het goede cholesterol ruimt slechte vetdeeltjes in de bloedvaten op. Het slechte cholesterol blijft plakken aan de wanden van de bloedvaten. Wat is het slechte cholesterol?
A
HDL
B
LDH
C
LDD
D
LDL

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Wanneer is het totaal cholesterol verhoogd?
A
> 5mmol/L
B
>2,5 mmol/L
C
>6mmol/L
D
Help?!

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Voedingsadvies bij een verhoogd cholesterol

Slide 6 - Mind map

This item has no instructions

Wat is het juiste antwoord. Hoe noem je een te hoog bloedglucosegehalte?
> 9,0mmol/L.
A
Hyperglykemie
B
Hypoglykemie

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Lesdoelen
Aan het eind van de les kan je:
  • Benoemen waarom een bloeddrukmeting uitgevoerd wordt
  • Uitleggen wat de contra-indicaties zijn bij een bloeddrukmeting
  • Verklaren wat de referentiewaarden zijn van een bloeddrukmeting



Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Om welke reden meten wij de bloeddruk?

Slide 9 - Mind map

This item has no instructions

Redenen bloeddrukmeting
  • Rijbewijskeuringen
  • Zwangerschapscontrole
  • Bepalen van cardiovasculair risicoprofiel
  • Hoge bloeddruk (controle)
  • Aandoeningen waarbij de waarde van de bloeddruk bepalend kan zijn in het beleid van de arts (bijv. hartinfarct) 

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Bloeddrukmeting
  • Niet constant maar samentrekkingen van het hart op en neer. 
  • Meten van de druk in de slagaders
  • Systole en diastole
  • Welke situaties doen de bloeddruk toenemen?

Zie het filmpje op de volgende dia: 

Slide 11 - Slide

Samentrekken > druk is hoog = bovendruk = systole
Ontspannen > druk is laag = onderdruk = diastole


Welke situaties doet de bloeddruk toenemen?
Stress
Lichamelijke inspanning
Rust voor- en tijdens het onderzoek dus heel belangrijk!


Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Slide 14 - Slide

Samentrekken > druk is hoog = bovendruk = systole
Ontspannen > druk is laag = onderdruk = diastole


Welke situaties doet de bloeddruk toenemen?
Stress
Lichamelijke inspanning
Rust voor- en tijdens het onderzoek dus heel belangrijk!


Welke informatie check je voorafgaand aan de meting bij de patiënt?

Slide 15 - Open question

This item has no instructions

Voordat je gaat meten..
  • Is er de laatste 5 min inspanning geweest?
  • Knelt de kleding de bovenarm af?
  • Is de patiënt stil tijdens het onderzoek?
  • Heeft ze patiënt de benen naast elkaar geplaatst? 

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

De bloeddruk
  • Korotkoff-tonen beluisteren 
  • Eerste keer: meten aan linker en rechter arm -> Hoogste gemeten arm nogmaals meten.
  • Tweede en volgende keer: 2 keer meten aan de hoogst gemeten arm, hiervan neem je het gemiddelde.

Slide 17 - Slide

De wervelingen die ontstaan wanneer er, eerst tijdens de systole en later ook tijdens de diastole, weer bloed door de slagader loopt, worden de korotkoff-tonen genoemd. Bij bloeddrukmeting aan de arm worden ze beluisterd door de stethoscoop aan de binnenzijde van de elleboog b
Wat kan het onderzoek belemmeren?

Slide 18 - Open question

Rumoerige omgeving
Slechte stethoscoop/dicht
Zachte vaattonen (hoor of voelbaar)
Contra-indicaties
De bloeddruk mag niet worden gemeten aan een arm indien:
• Wonden aanwezig zijn;
• De arm gezwollen is;
• De arm verlamd is;
• De lymfeklieren in de oksel zijn verwijderd (okselkliertoilet);
• Een infuus in de arm aanwezig is.

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

De uitslag
  • RR = Riva-Rocci
  • RR = 120 / 80 mmHg

  • Hypertensie= 
  • Systole van 140 of hoger
  • Diastole van 90 of hoger
  • Direct contact arts bij bloeddruk > 180 mmHg systole en 120 mmHg diastole of 110 mmHg gepaard met klachten.

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Werken aan de opdracht
Opdracht bloeddruk meten @ Cumlaude 

timer
15:00

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Youtube
Wat valt je op in deze video?!
Invoer op volgende slide!

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Wat is je opgevallen in de video van de twee studenten?

Slide 23 - Open question

This item has no instructions

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk
  1. Leren van de LessonUp en hoofdstukken tot nu toe
  2. Lezen MTH boek; hoofdstuk 4.3.3 Injecteren!
  3. Opdracht bloeddruk meten @ Cumlaude/ KT2/ week 42/les 6


Slide 25 - Slide

This item has no instructions