5.2 Monniken en ridders

Vak: Mens en Maatschappij
Hoofdstuk: 5.2 Monniken en ridders
1. 
Lesopening
2. 
Terugblik
3.
Lesdoel
4. 
Instructie
5. 
Begeleid inoefenen
6.
Zelfstandig werken
7. 
Evaluatie
1 / 19
next
Slide 1: Slide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Vak: Mens en Maatschappij
Hoofdstuk: 5.2 Monniken en ridders
1. 
Lesopening
2. 
Terugblik
3.
Lesdoel
4. 
Instructie
5. 
Begeleid inoefenen
6.
Zelfstandig werken
7. 
Evaluatie

Slide 1 - Slide

1. Lesopening
Open je boek op bladzijde 55.

Slide 2 - Slide

2. Terugblik

Slide 3 - Slide

Wie is de hoogste bestuurder van een staat?
A
Staatshoofd
B
Burgemeester
C
Parlement
D
Regering

Slide 4 - Quiz

Hoe heet de groep van 150 volksvertegenwoordiger
A
Overheid
B
Tweede kamer
C
Regering
D
Ministerie

Slide 5 - Quiz

Hoe noem je een afspraak over wat wel en niet mag?
A
Bestuur
B
Wet
C
Regel
D
Preek

Slide 6 - Quiz

Hoe heet een gebied met vaste grenzen onder 1 regering?
A
Overheid
B
Democratie
C
Staat
D
Gemeente

Slide 7 - Quiz

Hoe noem je in Nederland iemand die door het volk is gekozen?
A
Volksvertegenwoordiger
B
Parlement
C
Minister-President
D
Staatshoofd

Slide 8 - Quiz

3. Lesdoel
Aan het eind van deze les weet je:
- Wie de macht had in het derde tijdvak, de tijd van de monniken en ridders


Slide 9 - Slide

Tijdvak 3: Monniken en Ridders
Jaartallen: 500 - 1000

Slide 10 - Slide

4. Instructie
Europa rond 500:

- Het Romeinse rijk was ingestort
- Het Christendom bleef

De Fransen kregen rond 800 een groot deel van Europa in bezit onder Karel de Grote.




Slide 11 - Slide

Slide 12 - Link

4. Instructie
Karel de Grote wilde graag dat iedereen Christelijk werd. 

Monniken in Nederland zorgde ervoor dat veel mensen zich bekeerden tot het Christendom. 
Een belangrijke monnik was Willibrord. 

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Link

4. Instructie
Geestelijken:
Er waren in deze tijd mensen die de hele dag met het geloof bezig waren.
- Priesters: zij waren de baas in de kerk
- Monniken en nonnen: zij leefden afgezonderd in kloosters. 
Mensen die werkten voor de godsdienst noemen we geestelijken

Slide 15 - Slide

Kies uit:

Ridders
Edelen
Graafschap
Adel

Slide 16 - Slide

4. Instructie
Boeren die in een graafschap woonden waren niet de baas over dat land dat ze bewerkten. 
De baas van het land was een heer.
De boeren waren niet vrij en moesten gehoorzamen aan hun heer. Dit noemen we horigen. 

Slide 17 - Slide

6. Zelfstandig werken
Je maakt zelfstandig of in tweetallen opdracht 3 t/m 9.



Ben je klaar?
Dan kijk je de opdrachten na en verbeter je eventuele fouten.
Daarna ga je werken aan de taak op blz 72.
timer
1:00

Slide 18 - Slide

7. Evaluatie
Hoe ging de les?
Kan je in eigen woorden vertellen hoe Europa bestuurd werd vanaf het jaar 500?

Huiswerk:
Dinsdag 15 december                                  
5.2 opdracht 3 t/m 9 af en nagekeken             

Slide 19 - Slide