What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Vrijdag 22 november 2024
1 / 29
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3
This lesson contains
29 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
80 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Vrijdag 22 november 2024
Slide 2 - Slide
Programma
- Lezen
10 min
- Terugblik vorige les
10 min
- Huiswerk
5 min
- "Grammatica"
15 min
-Oefenen
30 min
-Afsluiting
10 min
Slide 3 - Slide
Lezen
Je pakt je leesboek voor je en we beginnen met klassikaal lezen!
Slide 4 - Slide
Terugblik vorige les
Grammatica
Voegwoorden
Voornaamwoorden
Woordsoorten
Slide 5 - Slide
Wat is een voegwoord?
Een voegwoord ...
A
verbindt zinnen of woorden met elkaar.
B
verbindt een werkwoord aan een ander werkwoord.
C
zijn twee woorden die aan elkaar verbonden zijn.
Slide 6 - Quiz
Bij alle voegwoorden plaats je een komma voor het voegwoord.
Behalve bij de voegwoorden ...
A
maar / want
B
en / of
C
of / omdat
D
want / omdat
Slide 7 - Quiz
Persoonlijk voornaamwoord
Bezittelijk voornaamwoord
Aanwijzend voornaamwoord
Deze
Hij
Zijn
Dat
Het
Hun
Mijn
Die
Slide 8 - Drag question
Wat is nu mijn favoriete woordsoort?
ZN
BN
pers.vnw
bezit.vnw
lidwoord
Aanw.vnw
Slide 9 - Poll
Ik ken de verschillende woordsoorten.
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 10 - Poll
Huiswerk
Nieuw Nederlands
Nieuw Nederlands
Nieuw Nederlands
Cursus 5 > Grammatica
Paragraaf 1 > Woordsoorten
Opdracht 1 t/m 6
Slide 11 - Slide
Spelling
Grammatica
Slide 12 - Slide
Leerdoelen
Wat behandelen we vandaag?
Ik weet de leerdoelen van grammatica zinsdelen
Slide 13 - Slide
Wat weet jij al over grammatica zinsdelen?
Slide 14 - Mind map
Op welke manieren kun je de persoonsvorm in een zin vinden?
Slide 15 - Open question
Persoonsvorm
Er zijn drie manieren om de persoonsvorm in een zin te vinden.
Vraagproef
maak van de zin een vraag met precies dezelfde woorden
Tijdproef
zet de zin in een andere tijd (tegenwoordige of verleden tijd)
Getalproef
verander het aantal in de zin (enkelvoud of meervoud)
Slide 16 - Slide
Welke van de drie manieren vind jij fijn om te gebruiken?
Tijdproef
Vraagproef
Getalsproef
Slide 17 - Poll
In samengestelde zinnen...
A
... staat één persoonsvorm.
B
... staat geen persoonsvorm.
C
... staan altijd meerdere persoonsvormen.
D
... staan altijd twee persoonsvormen.
Slide 18 - Quiz
Wat zijn samengestelde zinnen?
A
Ik wil nog blijven, maar het mag niet van mijn moeder.
B
Ik wil graag naar huis toe lopen.
C
Wij gaan op de fiets naar school of ik rij met mijn moeder mee.
D
De school heeft door griep veel lesuitval.
Slide 19 - Quiz
In samengestelde zinnen...
A
... staat het voegwoord altijd vooraan.
B
... staat het voegwoord altijd tussen de zinnen.
C
... heb je geen voegwoord nodig.
D
... staat het voegwoord de ene keer vooraan en de andere keer tussen de zinnen.
Slide 20 - Quiz
Samengestelde zinnen
Samengestelde zinnen zijn enkelvoudige zinnen die bij elkaar gevoegd zijn.
Zinnen met
twee of meer persoonsvormen
noem je samengestelde zinnen.
Slide 21 - Slide
Hoe vind je het lijdend voorwerp?
Het lijdend voorwerp is antwoord op de vraag:
A
Wat/wie + onderwerp + gezegde?
B
Wat/wie + persoonsvorm?
C
Wat/wie + onderwerp?
D
Wat/wie + gezegde?
Slide 22 - Quiz
Mevrouw Verspuij / heeft / h3j / een les grammatica/ gegeven.
Mevrouw Verspuij
heeft de klas een les grammatica gegeven.
Mevrouw Verspuij
heeft
h3j ee les grammatica
gegeven
.
Mevrouw Verspuij heeft de klas
een les grammatica
gegeven.
Mevrouw Verspuij heeft
h3j
een les grammatica gegeven.
Mevrouw Verspuij
heeft
de klas een les grammatica gegeven.
werkw. gezegde
onderwerp
persoonsvorm
zinsdelen
lijdend voorwerp
meewerkend voorwerp
Slide 23 - Drag question
Het meewerkend voorwerp...
A
aan wie of voor wie
B
wie + gezegde + onderwerp
C
wat + gezegde + onderwerp
D
is altijd een voorwerp
Slide 24 - Quiz
Bijwoordelijke bepaling
waar= bijwoordelijke bepaling van plaats
wanneer= bijwoordelijke bepaling van tijd
hoe = bijwoordelijke bepaling van reden
Slide 25 - Slide
Vandaag gaan we de bijwoordelijke bepaling behandelen
Wat is de bijwoordelijke bepaling?
A
Vandaag
B
we
C
de bijwoordelijke bepaling
D
hebben behandeld
Slide 26 - Quiz
Oefeningen
Ga aan de slag met de volgende oefeningen:
Nieuw Nederlands
Cursus 5 > Grammatica
Paragraaf 2 > Zinsdelen
Opdracht 1 t/m 5
KLAAR?
Cursus 5 > paragraaf 1 afmaken + oefentoets
Cursus 8 > Puzzelen ( puzzel 1 t/m 4)
Fictie verwerkingsopdrachten
Slide 27 - Slide
Welke leerdoelen beheers je nu?
Deze leerdoelen beheers ik nu al
Deze leerdoelen beheers ik nog niet. Dus ga ik hier nog mee verder oefenen/lezen. Anders vraag ik hulp aan de docent.
Ik kan de leerdoelen van grammatica zinsdelen uit een zin halen
Ik kan de leerdoelen van grammatica woordsoorten uit een zin halen
Ik weet de leerdoelen van grammatica zinsdelen van leerjaar 2
Slide 28 - Drag question
dashboard.blooket.com
Slide 29 - Link
More lessons like this
4BK Grammatica toetsweek 1 2022
October 2022
- Lesson with
40 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 4
3M Taalverzorging HHERHALING 16 juni
June 2022
- Lesson with
14 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
Grammatica GT3
March 2021
- Lesson with
12 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
Oefeningen woordsoorten + zinsleer
October 2024
- Lesson with
30 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
Grammatica - Herhaling voorzetsel + bijwoord + herhaling 4.1
February 2021
- Lesson with
22 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
herhalen woordsoorten klas 2a
February 2019
- Lesson with
18 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
zinsdelen en woordsoorten
October 2024
- Lesson with
43 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
M3 grammatica 1.7
September 2024
- Lesson with
31 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t, mavo
Leerjaar 3