scheikunde reacties blok 13 les 3

Terugblik 
Een korte terugblik op de lessen van afgelopen weken
1 / 18
next
Slide 1: Slide
scheikundeMBOStudiejaar 3

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Terugblik 
Een korte terugblik op de lessen van afgelopen weken

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Wet van massabehoud
  • Vastgesteld door mr. Lavoisier, ook wel de wet van Lavoisier genoemd.
  • Er kan geen massa verloren gaan.
  • Geldt ook bij chemische reacties: de stoffen (moleculen) veranderen tijdens de reactie, de massa niet!

Slide 3 - Slide

Hoeveel zuurstofatomen (O) zitten er in KMnO4
timer
1:00
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 4 - Quiz

Hoeveel zuurstofatomen (O) zitten er in 3 KMnO4?
A
3
B
7
C
12
D
4

Slide 5 - Quiz

De wet van Lavoisier:
A
massa voor de reactie = massa na de reactie
B
massa voor de reactie is soms groter dan massa na de reactie

Slide 6 - Quiz

Welke van de onderstaande woorden zijn vuurverschijnselen?
vuurverschijnselen
rook
vlammen
as
vonken
brandstof
zuurstof
ontbrandingstemperatuur

Slide 7 - Drag question

Hier staan twee reactieschema’s voor de verbranding van benzine.

I benzine + zuurstof → koolstof + waterdamp + koolstofmono-oxide
II benzine + zuurstof → koolstofdioxide + waterdamp
Welk schema hoort bij de verbrandingsreactie van benzine als er bij de verbranding voldoende zuurstof aanwezig is?
A
Schema I
B
Schema II
C
Beide
D
Geen van beide

Slide 8 - Quiz


Hieronder staat de reactievergelijking voor de ontleding van water: H2O -> H2 + O2
Is deze reactie kloppend?

A
ja
B
nee

Slide 9 - Quiz


Hieronder staat de reactievergelijking voor de ontleding van water: 2 H2O -> H2 + O2
Welke coëfficiënt hoort voor H2 te staan?

A
geen enkele
B
1
C
2
D
3

Slide 10 - Quiz

Antwoorden blz 99
31a   Een reactie van een brandstof met zuurstof waarbij meestal vuurverschijnselen zijn waar te
           nemen en waarbij als reactieproduct oxiden ontstaan.
    b    Oxide: een verbinding die bestaat uit twee atoomsoorten, de atoomsoort O en een andere               atoomsoort.
    c      roesten
32a    zuurstof                             d   temperatuur
    b    zuurstof                              e   zuurstof, temperatuur
    c     brandstof                           f    temperatuur, zuurstof


Slide 11 - Slide

Antwoorden blz 99
33a     4 Na (s) + O2 (g) → 2 Na2O (s)
    b      S8 (s) + 8 O2 (g) → 8 SO2 (g)
    c      4 Al (s) + 3 O2 (g) → 2 Al2O3 (s)
    d      2 Cu (s) + O2 (g) → 2 CuO (s)
    e      2 Mg (s) + O2 (g) → 2 MgO (s)
    f       P4 (s) + O2 (g) → 2 P2O5 (s)

Slide 12 - Slide

Antwoorden blz 99
35a     CH4 (g) + 2 O2 (g) → CO2 (g) + 2 H2O (l)
    b.     CH4 (g) + O2 (g) → C (s) + 2 H2O (l)
    c.      roet
    d.      Ja met minder zuurstof is er een onvolledige verbranding.
    e.      Nee. In eerste instantie ontstaat er alleen roet. Pas bij hoge temperaturen kan C reageren               tot CO.
    f.      Wanneer er onvoldoende zuurstof is en de deze gedurende langere tijd wordt gebruikt.                      Dan wordt de temperatuur hoger.

Slide 13 - Slide

Factoren die van invloed zijn op een verbrandingsreactie:
  • ontbrandingstemperatuur
  • concentratie
  • soort stof (brandbaarheid)
  • katalysator
  • verdelingsgraad
 

Slide 14 - Slide

De brandriehoek
Om een verbranding te starten of te stoppen.

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Video

Explosie:
Een hele snelle verbranding.
Juiste verhouding brandstof vermengt met zuurstof

Slide 17 - Slide

Lesopdracht:


Maak opgave 36, 37, 38, 39 blz. 99
Bekijk experiment 10 en vul de praktijkbundel  op blz 31 en 32 in.

Slide 18 - Slide