What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Dienstag, den 5. Januar
Dienstag, den 5. Januar
Planung:
- Vorstellen
- Quiz
- Erklärung Satzanalyse
- Zusammen machen
- Hausaufgaben
1 / 19
next
Slide 1:
Slide
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
This lesson contains
19 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
50 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Dienstag, den 5. Januar
Planung:
- Vorstellen
- Quiz
- Erklärung Satzanalyse
- Zusammen machen
- Hausaufgaben
Slide 1 - Slide
Vorstellen
Frau Hoff
29
Freund
Steenbergen
Familie
Hobby
Slide 2 - Slide
Quiz
- Was wisst ihr noch von Grammatik A und B
im/am/um/von...bis
seizoenen
dagdelen
sterke ww met a of e in de stam
Slide 3 - Slide
Wanneer gebruik ik 'um'?
A
seizoenen, maanden
B
dagen, dagdelen, datum
C
tijdstip
D
tijdsduur
Slide 4 - Quiz
Wanneer gebruik ik 'im'?
A
seizoenen, maanden
B
dagen, dagdelen, datum
C
tijdstip
D
tijdsduur
Slide 5 - Quiz
Wanneer gebruik ik 'am'?
A
seizoenen, maanden
B
dagen, dagdelen, datum
C
tijdstip
D
tijdsduur
Slide 6 - Quiz
Wanneer gebruik ik 'von...bis'?
A
seizoenen, maanden
B
dagen, dagdelen, datum
C
tijdstip
D
tijdsduur
Slide 7 - Quiz
Herbst fängt ... Oktober an.
A
im
B
am
C
um
D
von...bis
Slide 8 - Quiz
... halb neun fängt die Schule an.
A
im
B
am
C
um
D
von...bis
Slide 9 - Quiz
... Dienstag haben wir Deutsch.
A
im
B
am
C
um
D
von...bis
Slide 10 - Quiz
Wir haben ... halb neun ... drei Uhr Unterricht.
A
im
B
am
C
um
D
von...bis
Slide 11 - Quiz
(laufen) Du .... sehr viel
Slide 12 - Open question
(fahren) Er.... sehr viel
Slide 13 - Open question
(lesen) Du ... jedes Buch.
Slide 14 - Open question
(essen) Er ... einen Hamburger.
Slide 15 - Open question
Satzanalyse
Hoe vind ik een onderwerp in de zin?
wie/wat + gezegde = onderwerp = 1e naamval
Hoe vind ik een lijdend voorwerp in de zin?
wie/wat + gezegde + onderwerp = lijdend voorwerp = 4e naamval
Hoe vind ik een meewerkend voorwerp in de zin?
AAN/VOOR wie/wat + gezegde + onderwerp (+ lijdend voorwerp) = meewerkend voorwerp = altijd persoon = 3e naamval
Slide 16 - Slide
Vorbild
Stapsgewijs gaan we er doorheen:
Ich gebe dem Mann eine Zeitschrift
Wie/wat gebe?
ich = onderwerp
Wie/wat gebe ich?
eine Zeitschrift = lijdend voorwerp
Aan wie gebe ich (eine Zeitschrift)?
dem Mann = meewerkend voorwerp
Slide 17 - Slide
Zusammen machen
- Online methode
- Kapitel 3 Paragraf 4
- Aufgaben 13 + 14 (S. 125 + 126)
Slide 18 - Slide
Hausaufgaben
- Lernen Grammatik A, B + C (S. 101, 109 + 125)
- Online machen Aufgaben 1, 2, 3 + 4 (Kapitel 3, Paragraf 4)
Slide 19 - Slide
More lessons like this
25.Stunde 2HV 22/23
January 2023
- Lesson with
24 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
24.Stunde 2HV 22/23
January 2023
- Lesson with
23 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
26.Stunde 2HV 22/23
January 2023
- Lesson with
28 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
M22 - Intro + Schritt 9 & 10
November 2023
- Lesson with
28 slides
Duits
Secondary Education
Age 13
M22 - Schritt 10 (+ 11)
December 2023
- Lesson with
20 slides
Duits
Secondary Education
Age 13
2AT- Kapitel 3: Lektion 1 t/m 4
October 2024
- Lesson with
21 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
2H - Na klar! MAX - 3.1 - Herhaling + Oefeningen
January 2023
- Lesson with
16 slides
Duits
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 2
Naamvallen herhalen a2b
April 2024
- Lesson with
20 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2