wk 11: grammatica: woordsoorten + vragend en (aanwijzend voornaamwoord)
Lezen in je leesboek
inhaaltijd (opdrachten uit de methode van de vorige les afronden) zie dia 2 (2P/2N) + 3 (2v/2Q)
huiswerkcontrole (2P en 2V)
1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2
This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Lezen in je leesboek
inhaaltijd (opdrachten uit de methode van de vorige les afronden) zie dia 2 (2P/2N) + 3 (2v/2Q)
huiswerkcontrole (2P en 2V)
Slide 1 - Slide
blz. 19 opdr 1 zin 1 t/m 4
blz. 22 opdr 10
blz. 23 opdr 11
blz. 24 opdr 13
Luister naar de uitleg over het wederkerend en wederkerig vnw. Maak aantekeningen van de uitleg.
blz. 25 opdracht 14
Zelfstandig maken blz. 26 opdr 16.
blz. 19 opdr 1: zin 4 t/m 6
blz. 22 opdr 10
blz. 24 opdr 13
Ga naar: drive - grammatica - digitale lessen - wederkerend en wederkerig vnw. Maak een aantekening van deze uitleg. Lees eventueel ook de uitleg op blz. 25 in de methode.
blz. 25 opdr 14
blz. 26 opdr 15
blz. 26 opdr 16
2P / 2N
timer
10:00
nakijken
Slide 2 - Slide
blz. 18 opdr 1 zin 1 t/m 4
blz. 23 opdr 12
blz. 23 opdr 13
blz. 25 opdr 15
Luister naar de uitleg over het wederkerend en wederkerig vnw. Maak aantekeningen van de uitleg.
samen maken blz. 26 opdr 16
Zelfstandig maken blz. 27 opdr 17
blz. 18 opdr 1: zin 4 t/m 6
blz. 23 opdr 12
blz. 25 opdr 15
Ga naar: drive - grammatica - digitale lessen - wederkerend en wederkerig vnw. Maak een aantekening van deze uitleg. Lees eventueel ook de uitleg op blz. 25 in de methode.
blz. 26 opdr 16
blz. 27 opdr 17
blz. 27 opdr 18 (alleen vraag 1)
2Q / 2V
timer
10:00
nakijken
Slide 3 - Slide
Lesdoelen deze les:
Je kent alle woordsoorten uit leerjaar 1
Je kent het wederkerend en wederkerig vnw.
Je weet het verschil tussen het persoonlijk en bezittelijk voornaamwoord
Je leert/herkent het vragend voornaamwoord
Je leert/herkent het aanwijzend voornaamwoord (alleen blauwe groep)
Slide 4 - Slide
Persoonlijk vnw. (herhaling)
Tip: Kun je 1 of meerdere namen invullen? Dan is het een pers.vnw.
Slide 5 - Slide
Bezittelijk vnw. (herhaling)
Tip: Vul 1 of meerdere namen in. Hoor je en 's' achter de naam? Dan is het een bez.vnw
Slide 6 - Slide
Even oefenen......
Hebben jullie je kamer opgeruimd?
Heeft zij een lekkere chocoladetaart gebakken?
Kan u mij de krant aangeven?
De mijne is beter gelukt dan de jouwe!
Marja en Tom hebben hun docent verrast voor zijn verjaardag.
Slide 7 - Slide
Die docent heeft (jullie) beloofd te helpen bij het huiswerk.
Slide 8 - Open question
Wat heb je in (je) tas zitten?
Slide 9 - Open question
Het is fijn als u (uw) hoed aan de kapstok hangt.
Slide 10 - Open question
Opdracht 2
Haal bij je docent een tekst op en onderstreep daarin de woordsoorten die worden gevraagd.
Bespreken huiswerk
2p en 2v
Slide 11 - Slide
drive.google.com
Slide 12 - Link
Opdracht 1
Maak een korte presentatie in Google waarin je duidelijk uitlegt hoe je het wederkerend en wederkerig voornaamwoord kunt vinden.
Bij de uitleg bedenk je eigen voorbeelden.
Opdracht 2
Haal bij je docent een tekst op en onderstreep daarin de woordsoorten die worden gevraagd.
Opdracht 3
Pak je leesboek en ga op zoek naar de onderstaande woordsoorten. Schrijf er duidelijk bij welk woordsoort het is.