2.1 Opbouw van een tekst

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

Lezen

2.1 De opbouw van een tekst 

Lesdoelen

* Je legt uit wat een Inleiding is

* Je legt uit wat een Middenstuk is

*Je herkent een Slot

Indeling tekst : titel

• De titel verraadt al veel
• Het trekt de aandacht; ga je de tekst lezen of niet?
• De titel noemt vaak al het onderwerp

Inleiding

• Eerste deel van de tekst
  
• Het onderwerp wordt geïntroduceerd
  
• Vanaf de eerste zinnen weet je waarover de tekst gaat
  
• Bestaat meestal uit één alinea

middenstuk

• De verschillende kanten van een onderwerp komen aan de orde,
  

• Dit gebeurt met behulp van deelonderwerpen; informatie over het onderwerp

• Meestal meerdere alinea's 

Slot

• Laatste alinea van een tekst
  

• Het belangrijkste uit de tekst wordt nog eens herhaald, samengevat of een conclusie

Inleiding

Middenstuk

Slot

Dit deel is opgedeeld in alinea's 

Het onderwerp wordt benoemd

De lezer wordt nieuwsgierig gemaakt

Aandachttrekker: er wordt bijv. een vraag gesteld of een probleem besproken.

Een samenvatting van de tekst

Er wordt bijv. een vraag beantwoord of een oplossing bij een probleem besproken.

De tekst wordt stap voor stap uitgewerkt

Een conclusie 

In welk deel van de tekst maak je kennis met het onderwerp?

1. Inleiding
2. Middenstuk
3. Slot

Wat is een deelonderwerp?

1. Verschillende dingen die over het onderwerp verteld worden.
2. Als er 2 onderwerpen in een tekst zitten.
3. Als de tekst niet echt een onderwerp heeft.
4. Een ander woord voor onderwerp.

Waar vind je de deelonderwerpen in een tekst?

1. Inleiding
2. Middenstuk
3. Slot

Wat is de juiste volgorde van een tekstindeling?

1. Inleiding, middenstuk met tussenkopjes, slot
2. Inleiding, slot, middenstuk
3. Inleiding, middenstuk met eventueel tussenkopjes, slot
4. Titel, inleiding, middenstuk met eventueel tussenkopjes, slot

Lesdoelen

* Je legt uit wat een Inleiding is

* Je legt uit wat een Middenstuk is

*Je herkent een Slot

Je weet wat een inleiding, middenstuk en slot is.

😒🙁😐🙂😃

Maken: Nederlands deel A

blz 36 t/m 42

Klaar? Lijst met spreekwoorden

Schrijf op wat je denkt wat ze betekenen en kijk ze daarna na met het antwoordenblad