2C maandag H3 taalverzorging verwijswoorden (les 1)

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

2C - 14:00 tot 14:45
Nodig: H3 taalverzorging verwijswoorden: Studiewijzerplus

Camera aan - microfoon uit - actieve deelname 

Vandaag:

1. Opening ~2 min
2. Mededelingen ~3 min 
3. Uitleg H3 taalverzorging verwijswoorden ~10 min
4. Opdracht 2 + 3 maken ~20 min 
5. Afsluiting ~5 min 

Lesdoel deze week

1. Je weet wat verwijswoorden zijn. 
2. Je kan het juiste verwijswoord gebruiken. 

Mededelingen 

• Fictie --> 3e leesboek uit 15 maart  --> Schrijf dit in je agenda! 
• Toets H3 lezen --> Kijk ik deze week na. Herkansing = 11 februari 
• Volgende toets = 19 februari over H3 taalverzorging --> Schrijf dit in je agenda! 

Verwijswoorden

Max mag niet naar de winkel. Max is verkouden. Max gaat een coronatest doen. Hopelijk mag Max maandag weer naar buiten. 

Hoe kun je deze tekst aantrekkelijker maken?

Verwijswoorden

Ze verwijzen naar iets of iemand in de tekst.

Voorkomt dat een tekst saai wordt. 

de-woorden mannelijk

de-woorden vrouwelijk

het-woorden (onzijdig)

meervoud

hij, hem, zijn, die, deze

zij/ze, haar, die, deze

het, zijn, dit, dat

zij/ze, hen, hun, die, deze

Mannelijk of vrouwelijk? 
--> Opzoeken! 

Omdat de winkel veel aanbiedingen heeft, is hij erg populair.

Het veld zit vol kuilen. Dat kunnen we niet gebruiken om te voetballen.

De = deze // die --> de eindigt op e, deze en die ook!
Het = dit // dat --> het eindigt op t, dit en dat ook! 

Schrijf dit op!! 

Welk verwijswoord kun je gebruiken voor 'rugzak'?

1. dat, dit
2. die, deze

Welk verwijswoord kun je gebruiken voor 'rugzakje'?

1. dat, dit
2. die, deze

We krijgen een kat ... uit het dierenasiel komt.

1. dat
2. die

Ik ga elke vakantie naar het buitenland, behalve ... vakantie.

1. dit
2. deze
3. dat

Pak opdracht 1 erbij!! 

Aan de slag!

NU: Opdracht 1+2

HOE: Studiewijzerplus --> Moet vandaag af zijn. Om 17:00 teken ik het af. 

Let op! Opdracht 3 - vraag 1: antwoord klopt niet. 

Afsluiting

Alles in je agenda genoteerd? 

donderdag = verder met verwijswoorden. 

vandaag af = opdracht 1 t/m 3 --> Vóór 17:00