P.7 De macht van de media

1 / 20
next
Slide 1: Slide
MaatschappijkundeMiddelbare schoolvmboLeerjaar 4

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Hoofdvragen:
  • Welke invloed hebben de media op beeldvorming?
Begrippen:
  • Socialisatie
  • Beeldvorming
  • Vooroordeel
  • Stereotype

Slide 3 - Slide

Prezi: 

Slide 4 - Slide

Opdrachten:
Lezen 7.1 
Vragen bij 7.2
Opd. 9 / 10 
Begrippen: socialisatie / vooroordeel / stereotype 

Slide 5 - Slide

Hoofdvragen:
  • Welke beïnvloedingentheorieën zijn er?
Begrippen:
  • injectienaald theorie
  • indoctrinatie
  • manipulatie
  • multiple-step-flow
  • selectieve perceptie
  • agenda theorie

Slide 6 - Slide

Injectienaaldtheorie:
"Druppeltje voor druppeltje spuit de media ons vol met ideeën. Het publiek neemt de boodschap van media heel makkelijk (letterlijk) over"

Bij deze theorie spelen de begrippen manipulatie en indoctrinatie een belangrijke rol.


Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Product placement & sluikreclame 

Slide 10 - Slide

Multiple-step-flowtheorie:
Niet de media zelf, maar bepaalde mensen in de media hebben invloed. Zij worden ook wel opinieleiders genoemd = mensen met een sterk gezag, die invloed hebben op anderen.
Hun mening wordt vaak overgenomen door mensen die naar hun programma's kijken

Multiple-step is letterlijk... Meerdere stappen. De invloed van de media verloopt via stappen (media - opinieleider - publiek)

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

De theorie van de selectieve perceptie:
In hoofdstuk 4 ging het over de selectieve perceptie van journalisten bij het geven van informatie.

Deze theorie gaat juist over de macht van de mediagebruikers zelf.

Het referentiekader bepaalt welke informatie wel of niet bekeken wordt. 

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide


Agendatheorie
De media bepaalt niet wát mensen denken, maar waarover we denken en met elkaar praten, dus welk onderwerp bij mensen 'op de agenda staat'.
Bijvoorbeeld: Temptation Island, als daar iemand is vreemd gegaan, wordt daar de volgende dag op school/werk over gepraat.

Ook op de politieke agenda hebben de media invloed: politici horen, zien en lezen dingen waar ze iets aan kunnen doen.

Slide 16 - Slide

"Je ziet wat je wilt zien en je hoort wat je wilt horen." Bij welke beïnvloedingstheorie van de media hoort deze uitspraak? Leg je antwoord uit.

Slide 17 - Open question

Injectienaald
-theorie
De Multiple-step-
flowtheorie
Media =
Betekenis
verlener
Selectieve
perceptie
Agenda
-theorie
Publiek neemt boodschap makkelijk over 
Als er veel over gepraat wordt komt het op de politieke agenda
Invloed van media is erg sterk
Mensen bepalen zelf hun keuze
Opinieleider heef invloed op ontvanger

Slide 18 - Drag question

Koppel de juiste beschrijving (links) aan de juiste theorie (rechts).
Je kan de antwoorden slepen.
Injectienaaldtheorie
Theorie van de selectieve perceptie
Multiple-step-flowtheorie
Agendatheorie
Theorie die laat zien dat de media weinig invloed hebben op de manier waarop mensen denken, maar veel invloed op de onderwerpen waarover we denken.
Theorie die  laat zien dat de media veel directe invloed hebben op het doen en laten van mensen.
Theorie die laat zien dat de media alleen directe invloed hebben op mensen via gezaghebbende personen.
Theorie die laat zien dat de media alleen invloed hebben op datgene wat mensen willen horen of zien.

Slide 19 - Drag question

Opdrachten:
Vragen bij 7.2
Opd. 12 / 13 / 14 / 15 / 16 / 17 
Begrippen: injectienaald theorie t/m agendatheorie 

Slide 20 - Slide