quiz 3 werkwoordspelling

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Kan iemand mij vertellen, wat er volgende week op school tijdens de introductiedagen (gebeuren)?

Vorig jaar (branden) tijdens de Sinterklaasviering honderden lampjes.

Het was de bedoeling, dat je na de spreekbeurt de vragen uit je hoofd kon (beantwoorden)

Omdat je gisteren na het eten in het restaurant ziek (worden), heb je nu recht op een schadevergoeding, (vinden) je ook niet?

We zijn benieuwd hoe de toestand op de beurs zich de komende tijd (ontwikkelen)

Als ze niet uitkijkt, (verbranden) je broer zijn vingers nog!

Uiteindelijk werd de brand gelukkig (blussen)

Eigenlijk wilde hij niet uit zijn land (wegvluchten), maar de regering (laten, vt) hem geen keus

Je moet wel bedenken dat ook Nederland op dit moment tot de kleinere landen (behoren)

(Lachen) loopt het meisje naar de deur, ze (antwoorden) tegen haar moeder dat haar vriendin voor de deur staat.

De (beantwoorden) brief was (beantwoorden) door het meisje, dat altijd de brieven (beantwoorden).