Les 4 De evolutietheorie

Erfelijkheid en evolutie
De evolutietheorie
1 / 32
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Erfelijkheid en evolutie
De evolutietheorie

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

herhaling Welke cellen hebben geen paren chromosomen maar enkele chromosomen in de celkern?
A
Geslachtscellen
B
Lichaamscellen

Slide 3 - Quiz

herhaling: Chromosomen komen alleen voor in geslachtscellen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 4 - Quiz

herhaling: Chantal heeft een hond. Een spiercel van deze hond bevat 78 chromosomen.
Hoeveel chromosomen heeft deze hond in een levercel?
A
39
B
78
C
156
D
36

Slide 5 - Quiz

herhaling: Welke cellen hebben geen paren chromosomen maar enkele chromosomen in de celkern?
A
Geslachtscellen
B
Lichaamscellen

Slide 6 - Quiz

46
Fenotype
nieuw genotype
        
         aantal chromosomen
            23 chromosomen
Zaadcel

Slide 7 - Drag question

herhaling: Zet in de juiste volgorde van klein naar groot:
A
cel - chromosoom - DNA - gen
B
gen - chromosoom - DNA - cel
C
gen - chromosoom -cel - DNA
D
gen - DNA - chromosoom - cel

Slide 8 - Quiz

herhaling: Uit welke stof bestaan chromosomen?
A
DNA
B
Genen
C
Mutaties
D
Draden

Slide 9 - Quiz

Na deze les kan je
  • de defintie van evolutie benoemen.
  • m.b.v. een filmpje de theorie van evolutie en wat heeft Darwin gedaan uitleggen.
  • minimaal twee argumenten die de evolutie ondersteunt benoemen
  • onderscheiden hoe er nieuwe soorten zijn ontstaan

Slide 10 - Slide

Wat is evolutie?
Evolutie is de ontwikkeling van het leven op aarde waarbij soorten ontstaan, veranderd en/of verdwijnen.

Slide 11 - Slide

Darwin.
Darwin heeft de evolutietheorie bedacht. 

evolutie betekend ontwikkelen van leven op aarde doormiddel van mutaties en overlevingskansen.

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video

Slide 14 - Video

Populaties
Bijna alle organismen leven samen met soortgenoten in een populatie. Een populatie is dus een groep organismen (plant of dier) van dezelfde soort.

Slide 15 - Slide

Evolutie door mutatie
'Plotselinge' veranderingen in de genen, waardoor nieuwe genotypen ontstaan. 
Verandering genotype --> Verandering Fenotype

Slide 16 - Slide

Milieu
  • Roofdieren
  • Ziekten
  • Voedsel 
  • Weer
Aanpassingen aan het milieu vergroten de overlevingskans

Wat voor aanpassing zien we op dit plaatje? 

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Evolutie door Isolatie
  • Populatie wordt door 2en gesplitst
  • Vervolgens natuurlijke selectie in beide groepen, waarbij er verschillen optreden. 

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Een mutatie is een verandering in de genen
EENS
ONEENS

Slide 22 - Poll

De dieren op dit plaatje behoren tot dezelfde populatie.
EENS
ONEENS

Slide 23 - Poll

Het onstaan van nieuwe soorten
  • Mutaties(verandering van het gen)
  • Verandering in genen = verandering fenotype
  • De meest aangepaste soort komen dan 
       het meest voor
  • Isolatie(twee soorten= twee populatie)


Slide 24 - Slide

Wat is evolutie
A
Ontstaan of verandering van levensvormen op aarde in een korte tijd
B
Ontstaan of verandering van levensvormen op aarde in een lange tijd
C
Ontstaan of verandering van planten op aarde in een korte tijd
D
Ontstaan of verandering van dieren op aarde in een lange tijd

Slide 25 - Quiz

Door evolutie
A
Past een populatie zich op de lange termijn aan op het milieu
B
Kan een individu zich direct aanpassen aan het milieu

Slide 26 - Quiz

Argumenten voor evolutie

Slide 27 - Slide

Fossielen
zijn versteende overblijfselen van organismen of afdrukken van organismen in gesteenten.

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Video

exit ticket: Wat is evolutie?

Slide 30 - Open question

Vul de tekst in
geloven dat de
afstammen van andere
Zo'n langzame
noemen we 
................................
..........................
....................
..................
................
ontwikkeling
diersoorten
evolutie
biologen
mensen

Slide 31 - Drag question

exit ticket: Soorten kunnen veranderen door natuurlijke selectie.
Wat gebeurt er bij natuurlijke selectie?

Slide 32 - Open question