This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
https:
Slide 1 - Link
Grammatica woordsoorten H2
Slide 2 - Slide
Samengestelde zinnen
ER IS ALTIJD EEN HZ
Mogelijkheden bij 2 persoonsvormen:
Hz+Hz
Hz+Bz
Bz+Hz
Opdracht 3 nakijken
(Boek en schrift erbij)
Blz. 71
Je weet het verschil tussen enkelvoudige en samengestelde zinnen. Je kunt bijzinnen en hoofdzinnen herkennen
Slide 3 - Slide
1. Hz +Bz
2. Bz+Hz
3. Hz+Hz
4. Bz+Hz
5. Hz+Bz
6. Hz+Hz
7. Hz+Hz
8. Hz+Bz
Opdracht
4
Slide 4 - Slide
https:
Slide 5 - Link
Lesdoel woordsoorten
Je weet wat (nevenschikkende) en (onderschikkende) voegwoorden zijn
Je kunt voegwoorden, vargende voornaamwoorden voorzetsels en bijwoorden in een zin benoemen.
Lesdoel
Je weet het verschil tussen enkelvoudige en samengestelde zinnen. Je kunt bijzinnen en hoofdzinnen herkennen
Slide 6 - Slide
woordsoorten H2 blz. 73
Maak opdracht 1 (je mag een 'voegwoord' maar 1 x gebruiken)
Theorie voegwoorden: Maak deze zinnen af:
1. Voegwoorden verbinden...
2. Hoofdzinnen worden verbonden door de woorden ...
Slide 7 - Slide
Maak de zin af. Voegwoorden verbinden...
Slide 8 - Open question
Maak de zin af: Hoofdzinnen worden verbonden door de woorden ...
Slide 9 - Open question
Aan de slag!
Maak opdracht 2. In de meeste zinnen staan meer voegwoorden (in zin 2 maar 1)
Maak opdracht 3 (gebruik theorie, "let op"
Klaar? Maak een bingokaart met de woordsoorten die je tegenkomt in opdracht 4
Zie het voorbeeld hiernaast
timer
15:00
Slide 10 - Slide
Lezen in stilte
timer
20:00
Slide 11 - Slide
Afsluiter
Je weet het verschil tussen enkelvoudige en samengestelde zinnen. Je kunt bijzinnen en hoofdzinnen herkennen. Je weet wat voegwoorden zijn en kunt ze benoemen.