1BK 2.3 en 2.4 De Microscoop

Thema 2: Organen en cellen
Basisstof 3 en 4: De microscoop
1 / 21
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmboLeerjaar 1

This lesson contains 21 slides, with interactive quiz, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Thema 2: Organen en cellen
Basisstof 3 en 4: De microscoop

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen?
Herhalen
Uitleg 2.4
Zelfstandig werken
Afsluiting


Slide 2 - Slide

Wortel
Wortelstelsel
Wortelharen
Stengel
Vaten
Vaatbundels
zitten aan de uiteinden van de zijwortels
Buisjes in planten om water en voedingsstoffen te vervoeren
Het deel van de plant onder de grond
Alle wortels van een plant samen
Een groepje vaten
Deel van de plant tussen de wortels en de bladeren

Slide 3 - Drag question

verschil plantencel / dierlijke cel

Zie jij de verschillen tussen de dierlijke cel en de plantaardige cel?


Dit is een dierlijke cel.
Dit zie je omdat deze geen bladgroenkorrels, celwand en vacuole heeft
Dit is een plantaardige cel.
Dit zie je omdat je wel een celwand, vacuole en bladgroenkorrel kunt zien
timer
1:00

Slide 4 - Slide

Leerdoelen
  • Je kunt de kenmerken van chromosomen noemen
  • Je kunt de bouw en functie van DNA beschrijven.


Slide 5 - Slide

Plastiden
Plastide  = korrel
  • Bladgroenkorrels
  • Kleurstofkorrels
  • Zetmeelkorrels


Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Celkern.
 De celkern regelt alles wat er in de cel gebeurt. 
Net zoals je hersenen alles in je lichaam aansturen.

In de celkern zitten chromosomen

Slide 8 - Slide

Chromosomen
Binnen in de cel ligt de celkern. In de celkern liggen de chromosomen. 

Mensen hebben 46 chromosomen. 

Slide 9 - Slide

Erfelijke eigenschappen
Chromosomen bestaan uit DNA
DNA bevat de informatie voor al je erfelijke eigenschappen

Erfelijke eigenschappen krijg je van je ouders

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Mens: 46 chromosomen (23 paren chromosomen)
Chromosomen paren

Slide 12 - Slide

De bouw van DNA

Slide 13 - Slide

Bouw van DNA
Chromosomen bestaan uit DNA
DNA bestaat uit basen: A, T, C, G

Slide 14 - Slide

Lesdoelen
Aan het einde van deze les kan je...

  1. Je kent tenminste 5 onderdelen van de microscoop en hun functie.
  2. Je kunt de vergroting van de microscoop uitrekenen.
  3. Je kunt uitleggen wat een preparaat is.

Slide 15 - Slide

Onderdelen: 
  • blz. 142 in je boek

Slide 16 - Slide

Vergroting berekenen
Oculair X Objectief

Voorbeeld: Oculair = 10x, Objectief = 40x
Hoeveel is de vergroting?

Slide 17 - Slide

Veiligheid
denk om de objectieven
voorzichtig met de preparaten
wat doe je als er glas valt?

Slide 18 - Slide

Microscoop 
Groep 1: Maak het werkblad. Klaar? Vul opdr. 1 en 2 uit je hoofd in. (blz 142)

Groep 2: Doorloop de stappen van blz. 145 en 146
Klaar? Maak opdr. 3
timer
1:00

Slide 19 - Slide

Microscoop 
oppakken: 1 hand aan het statief en 1 hand onder de voet
wegzetten: draai de tafel helemaal omlaag
draai de kleinste vergroting ervoor
lamp uit

Slide 20 - Slide

Volgende week
Maken we een preparaat en 2 tekeningen voor een cijfer.
Voorbereiding:
Leer de onderdelen van de microscoop.
Lees afb. 10 op blz 148 en de tekenregels op blz. 69

Slide 21 - Slide