What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
2GA Grieks 30 november
Wat doen we vandaag?
Toets bespreken
Huiswerk bespreken:
Taaloefeningen 3C
Toets in toetsweek
Grammatica 4A
Huiswerk: tekst 4A.
1 / 14
next
Slide 1:
Slide
Grieks
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
This lesson contains
14 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
60 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Wat doen we vandaag?
Toets bespreken
Huiswerk bespreken:
Taaloefeningen 3C
Toets in toetsweek
Grammatica 4A
Huiswerk: tekst 4A.
Slide 1 - Slide
TAALOEFENINGEN TEKST 3C - A.
-ος : mannelijk
-α : vrouwelijk
-η : vrouwelijk
-ον : onzijdig
-(τ)ης : mannelijk
Slide 2 - Slide
TAALOEFENINGEN TEKST 3C - B.
1. Herakles pakt het dier vast
2. Herakles is geen heerser (δεσπότης)
3. Eurystheus is een mens; want Eurystheus heeft angst (ἄνθρωπος)
4. Het dier draagt de slaaf
Slide 3 - Slide
TAALOEFENINGEN TEKST 3C - B.
5. De slaven brengen de wilde dieren naar hun meesters
6. Waarom gaan de goden niet naar Mykene?
7. Het dier heeft geen angst/is niet bang
8. Afrodite is geen mens (ἄνθρωπος)
Slide 4 - Slide
TAALOEFENINGEN TEKST 3C - C.
1. ὁ Εὐρυσθεὺς
δεσπότης
ἐστίν:
Eurystheus is een heerser
2. Οἱ θεοὶ
βαίνουσιν
εἰς τὰς μάχας:
De goden gaan naar de gevechten
3. Οἱ δεσπόται
τοὺς δούλους
λαμβάνουσιν:
De meesters pakken de slaven vast
Slide 5 - Slide
TAALOEFENINGEN TEKST 3C - D.
a. γάρ: geen zelfstandig naamwoord
b. λαμβάνει: geen voegwoord
c. νῦν: geen werkwoord
d. μάχη: geen (acc.) mv.
Slide 6 - Slide
Les 4A: Werkwoorden
3e persoon
singularis
eindigt op: -ει of -εῖ.
Voorbeelden: βαίνει, οἰκεῖ.
3e persoon
pluralis
eindigt op: -ουσι(ν) of - οῦσι(ν) (ν)
Voorbeeld: βαίνουσιν
Slide 7 - Slide
Les 4A: het werkwoord "zijn"
"Zijn" is ook in het Grieks een onregelmatig werkwoord.
3e persoon
singularis
: ἐστι(ν) - hij/zij/het is.
3e persoon
pluralis
: εἰσί(ν) - zij zijn.
Slide 8 - Slide
Les 4A: subject of geen subject?
Tot nu toe hadden alle zinnen een eigen onderwerp:
Ὁ Ἡρακλῆς
τὴν δεινὴν ὕδραν ζητεῖ.
Maar: soms is het onderwerp niet uitgedrukt:
Τέλος δ’ εὑρίσκει τὴν ὕδραν.
Het Grieks laat ook
hij, zij
of
het
weg.
Uit de vorige zin blijkt wie de handeling uitvoert.
Je moet moet natuurlijk wel
hij/zij/het
vertalen.
Slide 9 - Slide
Vertaal tekst 4A,
zin 1 t/m 3 en
maak Grammatica 4A, WB blz. 33, 1 t/m 3.
Slide 10 - Slide
Les 4A: het adjectivum
Zelfstandig naamwoorden zijn mannelijk, vrouwelijk of onzijdig.
Bijvoeglijk naamwoorden (adiectiva) hebben geen geslacht.
Zij passen zich aan aan het bijbehorende substantivum.
Zie hiervoor WB blz. 32.
Slide 11 - Slide
Vertaal tekst 4A,
zin 5 t/m 9 en
maak Grammatica 4A, WB blz. 33, 4 t/m 9.
Slide 12 - Slide
Wat heb je vandaag geleerd?
Slide 13 - Open question
Wat is nog onduidelijk?
Waar wil je meer over weten?
Slide 14 - Open question
More lessons like this
2GA Grieks 23 november
November 2018
- Lesson with
33 slides
Grieks
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
2GA Grieks 12 oktober
October 2018
- Lesson with
17 slides
Grieks
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
2G1 GTC week 48
November 2022
- Lesson with
18 slides
Grieks
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
1G Grieks 120121
January 2021
- Lesson with
24 slides
Grieks
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
2GA Grieks 2 november
November 2018
- Lesson with
17 slides
Grieks
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
KCV Mythologie: Helden en Halfgoden
October 2018
- Lesson with
14 slides
Klassieke Culturele Vorming
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Diagnostische toets Grieks 1B
January 2021
- Lesson with
19 slides
Grieks
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Brugklasmodule 2022 les 4
January 2022
- Lesson with
21 slides
Grieks
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1