Organismen

Basisstof 1
Organismen
1 / 22
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Basisstof 1
Organismen

Slide 1 - Slide

Aan het einde van de les
  • Weet je wat (de) levenskenmerken zijn.
  • Kan je uitleggen wat stofwisseling is.
  • Weet je wat een levensloop is.
  • Weet je wat een levenscyclus is.
  • Kan je een levenscyclus tekenen.
  • Heb je alle opdrachten (incl. extra opdrachten) gemaakt (anders is dit huiswerk)

Slide 2 - Slide

Levenskenmerken
  • Organismen vertonen levenskenmerken
  • Er zijn 7 levenskenmerken

Slide 3 - Slide

Ademhalen
  • Ook wel gaswisseling genoemd.
  • Nodig voor de verbranding

Slide 4 - Slide

Voeden
  • Het tot je nemen van voedingsmiddelen
  • Spijsvertering
  • Het opnemen en gebruiken van voedingstoffen

Slide 5 - Slide

Uitscheiden
  • Het uitstoten / lozen van afvalstoffen.
  • Poepen, plassen, zweten

Slide 6 - Slide

Stofwisseling
  • Ademhalen, voeden en uitscheiden vormen samen de stofwisseling. 
  • Stofwisseling is een proces waarbij stofjes worden gewisseld
  • bv zuurstof en koolstofdioxide.
  • !Wordt niet goedgekeurd als antwoord op de vraag noem een levenskenmerk!

Slide 7 - Slide

Groeien
  • Ook wel ontwikkelen genoemd.
  • Groeien betekent: groter of zwaarder worden.

Slide 8 - Slide

Reageren op prikkels
  • Waarnemen en daar op reageren.
  • bv. Een kat die "blaast"

Slide 9 - Slide

Bewegen
Bij sommige organismen duidelijker dan bij anderen.

Slide 10 - Slide

Voortplanten
  • Hierdoor onstaan nakomelingen

Slide 11 - Slide

Levensloop
Elk individu.
Geboorte ---------------------------------------------------> Dood

Slide 12 - Slide

Levenscyclus
  • Iedere soort
  • dood
  • nakomeling
  • cirkel, de soort blijft bestaan

Slide 13 - Slide

BBL


Maak opdract 1 t/m 6.

Extra opdracht:
Maak van een dier naar keuze een levenscyclus.
Vraag hiervoor een A4 aan je docent.
(komt in je extra-werk-dossier)

Slide 14 - Slide

KBL
Maak opdracht 1 t/m 3.

Extra opdrachten:
Maak van een dier naar keuze een levenscyclus.
Vraag hiervoor een A4 aan je docent.

Maak van de 7 levenskenmerken een tekening waar de kenmerken uitgelegd worden.
Vraag hiervoor een A4 aan je docent.

(Alle bovenstaande opdrachten komen in je extra-werk-dossier)


Slide 15 - Slide

alle organismen hebben:
A
bladeren
B
dezelfde levenskenmerken
C
schimmels
D
ledematen

Slide 16 - Quiz

1. Enkele processen bij de mens zijn ademhalen, groeien en ontwikkelen.
Welke van deze processen zijn levenskenmerken?
A
Alleen ademhalen en groeien
B
Alleen groeien en ontwikkelen.
C
Zowel ademhalen, groeien als ontwikkelen.

Slide 17 - Quiz

1. Elk organisme heeft een levenscyclus
A
waar
B
niet waar

Slide 18 - Quiz

Levenscyclus is:
A
Als organismen dood gaan maar ook nakomelingen krijgen
B
een individu
C
alles tussen de geboorte en de dood
D
het levenskenmerk van de plant

Slide 19 - Quiz

In de levenscyclus van de merel gaat een pijl naar een merel die doodgaat. Wat wordt hiermee bedoeld?
A
Het leven van merels eindigt met de dood.
B
Dat het mannetje na het paren altijd doodgaat.
C
Dat merels na het paren doodgaan.

Slide 20 - Quiz

Wat zijn de 7 levenskenmerken?

Slide 21 - Open question

Huiswerk
Maak een begrippenlijst van basisstof 1

Slide 22 - Slide