What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Zelfstandige naamwoorden en lidwoorden
Grammatica - woordsoorten
Je leert zelfstandige naamwoorden herkennen en (bepaalde en onbepaalde) lidwoorden herkennen.
1 / 14
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
This lesson contains
14 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
40 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Grammatica - woordsoorten
Je leert zelfstandige naamwoorden herkennen en (bepaalde en onbepaalde) lidwoorden herkennen.
Slide 1 - Slide
Planning vandaag:
Woordsoorten: zelfstandig naamwoord en lidwoord
Slide 2 - Slide
Zelfstandig naamwoord
(zn)
Een
zelfstandig naamwoord
is een woord voor een mens, dier, plant, ding of gevoel.
Slide 3 - Slide
Zelfstandig naamwoord
Je kunt een zelfstandig naamwoord meestal in het meervoud zetten.
Je kunt er ook vaak een verkleinwoord van maken.
Je kunt er meestal een lidwoord voorzetten.
Ook
eigennamen
zijn zelfstandige naamwoorden.
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Lidwoord (lw)
drie lidwoorden; de, het, een
de en het
bepaald lidwoord
(blw)
Een
onbepaald lidwoord
Een lidwoord hoort altijd bij een zelfstandig naawoord
Slide 6 - Slide
Noem het werkwoord:
Het meisje danst.
A
het
B
meisje
C
danst
Slide 7 - Quiz
Noem het zelfstandig naamwoord (zn)
Het meisje danst.
A
het
B
meisje
C
danst
Slide 8 - Quiz
Noem het lidwoord:
Het meisje danst.
A
het
B
meisje
C
danst
Slide 9 - Quiz
Wat zijn de zn?
Gisteren zat de kat in de tuin en keek naar de auto van de buren.
A
gisteren, kat, tuin, keek, auto, buren
B
kat, tuin, auto, buren
C
zat, kat, tuin, keek, auto, buren
D
gisteren, in, van, buren
Slide 10 - Quiz
Wat zijn de lw?
Gisteren zat de kat in de tuin en keek naar de auto van de buren.
A
in, de, en, de
B
de, de, de, de
C
een, de en, de
D
het, de en een
Slide 11 - Quiz
Waar of niet waar:
Walter is een zelfstandig naamwoord.
A
waar
B
niet waar
Slide 12 - Quiz
Chris heeft zondag lekker uitgeslapen.
Welke woordsoort is Chris in deze zin?
A
onderwerp
B
zelfstandig naamwoord
C
lijdend voorwerp
D
werkwoord
Slide 13 - Quiz
Opdrachten maken
Ga naar Nieuw Nederlands online
Klik op cursus 5 paragraaf 2
Maak alle opdrachten van grammatica zelfstandige naamwoorden en lidwoorden
Ben je klaar? Ga verder met je boekverslag
timer
10:00
Slide 14 - Slide
More lessons like this
zelfstandig naamwoord en lidwoord havo 1
September 2022
- Lesson with
13 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
zelfstandig naamwoord en lidwoord havo 1
December 2023
- Lesson with
13 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
zelfstandig naamwoord en lidwoord havo 1
February 2021
- Lesson with
13 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
zelfstandig naamwoord en lidwoord havo 1
November 2021
- Lesson with
16 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
zelfstandig naamwoord en lidwoord havo 1
September 2022
- Lesson with
16 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
DTH1M - lw, znw en ww
October 2022
- Lesson with
13 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
2.7 grammatica 1MK
November 2022
- Lesson with
26 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
HA2: telwoorden
November 2024
- Lesson with
31 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2