Maatschappijleer MeZ 2 - Wat heb ik aan al die regels?
Maatschappijleer - les 2
Wat heb ik aan al die regels?
1 / 17
next
Slide 1: Slide
MaatschappijleerMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4
This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Maatschappijleer - les 2
Wat heb ik aan al die regels?
Slide 1 - Slide
0
Slide 2 - Video
Socialisatie
Socialisatie: aanleren van waarden, normen en andere cultuurkenmerken (bewust of onbewust) die horen bij een groep.
Internalisatie: gedragingen die volledig eigen zijn gemaakt (zelfcontrole/'innerlijk agentje')
Sociale controle: mensen uit de omgeving houden elkaar in de gaten (overnemen 'innerlijk agentje' door anderen)
Slide 3 - Slide
Op straat gooi je een leeg blikje in de afvalbak, zonder erbij na te denken
A
Sociale controle
B
Internalisatie
Slide 4 - Quiz
Een klasgenoot zegt dat je moet stoppen met fluisteren in de les
A
Sociale controle
B
Internalisatie
Slide 5 - Quiz
0
Slide 6 - Video
Regels
Ongeschreven regels
Geschreven regels (handhaving orde/oplossen conflicten). Op landelijk niveau gelden ze voor iedereen en worden ze gemaakt door de overheid.
Deze regels houden een beperking van de vrijheid in.
Slide 7 - Slide
Leg uit wat het verschil is tussen geschreven en ongeschreven regels. En geef van beide soorten tenminste 1 voorbeeld.
Slide 8 - Open question
Wat hebben we aan geschreven en ongeschreven regels?
Slide 9 - Mind map
Waarom regels?
Zonder regels zou het recht van de sterksten gelden
Eigenbelang zou ten koste gaan van anderen
Basis van democratie: meerderheid houdt rekening met minderheid
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Video
Grondwet
1798: democratische grondwet tot 1801 (Bataafse Republiek)
1801-1814: Napoleon heerst over Europa en NL
1814: opnemen klassieke grondrechten als vrijheid van godsdienst en vrijheid van drukpers
1848 grondwetswijziging (Thorbecke): machtsverschuiving koning naar Parlement (basis huidige grondwet)
Uitbreiding kiesrecht (1917/1919)
Slide 12 - Slide
Grondrechten
Klassieke grondrechten: vrijheidsrechten (b.v: vrijheid van godsdienst), gelijkheidrechten (b.v: geen discriminatie) en politieke rechten (b.v: kiesrecht). Deze rechten moeten door de overheid gegarandeerd worden.
Sociale grondrechten (sinds 1983 formeel toegevoegd): Zorgen voor een betere bestaanszekerheid (onderwijs, huisvesting, volksgezondheid, bestaanszekerheid). De overheid heeft een inspanningsverplichting dus geen garantie!
Slide 13 - Slide
Een ontevreden vrouw stelt zich verkiesbaar om zelf dingen te veranderen in NL
A
Sociaal grondrecht
B
Gelijkheidsrecht
C
Politiek recht
D
Vrijheidsrecht
Slide 14 - Quiz
Een groep natuurliefhebbers demonstreert tegen de aanleg van een spoorlijn in een natuurgebied
A
Sociaal grondrecht
B
Gelijkheidsrecht
C
Politiek recht
D
Vrijheidsrecht
Slide 15 - Quiz
Voortaan mag een christelijke school geen docent ontslaan omdat hij homofiel is.
A
Sociaal grondrecht
B
Gelijkheidsrecht
C
Politiek recht
D
Vrijheidsrecht
Slide 16 - Quiz
Een werkloze krijgt van de gemeente hulp bij het vinden van een nieuwe baan