hw 30 nov

• Grieks
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

wat betekent οὑ?

1. niet
2. waar
3. of
4. over

wat betekent ὁ λογος

1. straf
2. tocht
3. woord
4. oude man

wat betekent διωκω

1. achtervolgen
2. roven
3. vernietigen
4. klaar maken

wat betekent ὁ γερων

1. straf
2. tocht
3. woord
4. oude man

welke aanvulling leer je bij ὁ γερων?

1. + acc
2. γεροντου
3. γεροντος
4. + gen

wat betekent ἁρπαζω

1. achtervolgen
2. roven
3. vernietigen
4. klaar maken

wat betekent περι

1. opnieuw
2. waar
3. overeenkomstig
4. om

met welke naamval gaat περι?

1. nom
2. gen
3. dat
4. acc

wat betekent το δειπνον

1. maaltijd
2. weg
3. verhaal
4. straf

wat betekent ἡ δικη

1. maaltijd
2. weg
3. verhaal
4. straf

wat betekent παρασκευαζω

1. achtervolgen
2. roven
3. vernietigen
4. klaar maken

geef naamval, getal en geslacht van
αὐτοις

1. dat.mv.M.
2. acc.mv.M.
3. dat.ev.O.
4. dat.mv.O.

geef naamval, getal en geslacht van
αὐτας

1. gen.ev.V
2. acc.ev.V.
3. acc.mv.V
4. acc.mv.O

geef naamval, getal en geslacht van
αὐτο

1. acc.ev.O
2. gen.ev.M
3. gen.mv.O
4. acc.mv.O

ὁ ἀνηρ αὐτον βλεπει

ὁ ἀνηρ αὐτας βλεπει

ὁ ἀνηρ αὐτης ἀκουει

ὁ ἀνηρ αὐτῳ παιζει (2x)

volg week SO val.2

leerdoelen:

- ken woorden les 7 t/m 9

- ken de verbuigingsrijtjes van groep 1, 2, 3 en het pers.vnw.

- ken de naamvalsfuncties

Kennen & Kunnen

- woorden les 7 t/m 9

je kunt vertalingen geven met de juiste aanvullingen

- verbuigingsrijtjes van groep 1, 2, 3 en het pers.vnw.

je herkent de naamvalsuitgang van een woord

- naamvalsfuncties

je weet op welke manieren je de verschillende naamvallen kunt vertalen

De meeste werkwoorden hebben een lijdend voorwerp,
in welke naamval staat deze?

1. nom
2. gen
3. dat
4. acc

soms leer je bij een Grieks werkwoord + dat - in welke naamval staat het lijdend voorwerp bij deze woorden?

1. nom
2. gen
3. dat
4. acc

De betekenis van een voorzetsel wordt vaak bepaald door de naamval die erna komt - welke mogelijkheden zijn er?

1. +nom
2. +gen
3. +dat
4. +acc

met welke Nederlandse voorzetsels vertaal je een Griekse dativus?

Als er een genitivus tussen een lidwoord en een voorzetsel staat - met welk woordje vertaal je die genitivus?

Functies van de genitivus

aanvulling werkwoord: ἀκουω, μετεχω, ἐπιυθμεω

aanvulling voorzetsel: περι,  ἀπο

bijvoeglijke bepaling: 'van'

Ἡ της κορης μητηρ

το Ἑλληνων πλοιον

οἱ υἱοι οἱ αὐτης