Recept schrijven

Hoe schrijf ik een recept?
1 / 17
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1,2

This lesson contains 17 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Hoe schrijf ik een recept?

Slide 1 - Slide

Lesdoel
Weten hoe je een instructie schrijft (uitleg in stappen hoe je iets moet uitvoeren)

Slide 2 - Slide

Weekplanning
  • Les 1: bekijk de les in lesson up, bedenk welk recept je wilt delen.
  • Les 2: schrijf het recept op en werk het netjes uit
  • Les 3: maak het recept en maak 2 foto's ( 1 tijdens het maken en 1 van het eindresultaat).

Aan het einde van de week deel je met mij het recept plus de foto's die je gemaakt hebt.

Slide 3 - Slide

Instructie schrijven

Slide 4 - Slide

Opdracht
Voor deze opdracht ga je weer iets bereiden dat je zelf lekker vindt!
Je maakt daarbij notities. Vanuit die notities schrijf je het recept.
Als je nog nooit iets gekookt hebt, mogen anderen je helpen, maar jij houdt wel zo veel mogelijk de leiding!

Slide 5 - Slide

Uitgebreide uitleg en aandachtspunten
Het is niet makkelijk om een recept te schrijven dat iedereen kan gebruiken en steeds hetzelfde heerlijke resultaat oplevert. Een foutje of onduidelijkheid kan ervoor zorgen dat iemand die het uitvoert een ander resultaat krijgt.
Precisie is dus van groot belang!
Voer alle stappen uit om tot een goed recept te komen.


Slide 6 - Slide

Stappen
Stap 1: Zet alles wat je weet op papier.
Zet alles wat je al over de ingrediënten en bereiding weet op papier of typ het op de computer uit. (Je kunt dit later gebruiken bij het uitwerken van de ingrediëntenlijst en het schrijven van de stappen.)

Stap 2: Haal alle ingrediënten in huis.

Stap 3: Verzamel alle benodigde ingrediënten in de keuken.


Slide 7 - Slide

Stap 4
Pak al het kookgerei dat je nodig hebt.

 






 Zo ziet dat er uit voor een zuurkool ovenschotel.

Slide 8 - Slide

Stap 5
Bereid het baksel of gerecht precies zoals je wilt dat de lezers van je recept dit gaan doen. 


Slide 9 - Slide

Stap 6 


Maak een ingrediëntenlijst.
Hierin zet je de ingrediënten mét belangrijke eigenschappen en hoeveelheden.
Je zet ze onder elkaar neer in de volgorde waarop je ze in het recept gebruikt.
Als ingrediënten tegelijk worden toegevoegd, zet je ze op basis van hoeveelheid op volgorde (van veel naar weinig).

Bestaat je recept uit twee of meerdere onderdelen, bijvoorbeeld taartbodem en taartvulling, dan kun je het beste per onderdeel een ingrediëntenlijst maken. Vermeld boven ieder lijstje waarvoor de ingrediënten zijn.

Slide 10 - Slide

Stap 7
Maak een lijst met benodigd kookgerei.
Je zet ze onder elkaar neer in de volgorde waarop je ze in het recept gebruikt.
Wees zo specifiek mogelijk. Geef bijvoorbeeld de afmeting van een bakvorm, minimale inhoud van een ovenschaal en omschrijf belangrijke eigenschappen.

Slide 11 - Slide

Stap 8,9,10
Stap 8: Schrijf een inleiding.
Je vertelt hierin hoe je het gerecht of baksel leerde kennen en hoe oud je toen was.
Je geeft daarnaast aan wat je er precies zo lekker aan vindt.

 Stap 9: Geef het recept een titel. 


Stap 10: Geef aan hoe veel tijd de bereiding kost én voor hoeveel personen het recept is.
Zet onder de titel hoe lang de bereiding van het gerecht duurt (evt. opgesplitst in bereidings- en oventijd) 


Slide 12 - Slide

LET OP!
Gebruik hoofdletters en leestekens.
Geef genoeg, maar niet te veel informatie. Gebruik bijvoorbeeld alleen bijvoeglijk naamwoorden als deze duidelijkheid geven.

Denk ook hieraan: 
Geef bij bereiding in de oven aan op welke stand én temperatuur de oven moet staan.
Geef bij bereiding op een fornuis aan of je de pit op z’n zachtst/laag vuur, een kwart van het totale vermogen, half vermogen/halfhoog vuur, driekwart vermogen óf op z’n hardst/hoog vuur aanzet. 

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Video

Aan de slag
De opdracht is het schrijven van een recept. Dit mag iets zijn om te bakken of om te koken.

De vorige stappen kun je gebruiken om jouw recept te schrijven. In SOM heb ik een bijlage toegevoegd die je kunt gebruiken om het recept op te schrijven ( je mag ook zelf een lay-out maken)

Slide 15 - Slide

Cijfer? 
Dit is een verplichte opdracht,  je moet hem uiterlijk donderdag 5 uur ingeleverd hebben. Je levert de opdracht in via de inleverknop in SOM (WORD bestand).

Je krijgt geen cijfer, maar als je het inlevert krijg je een joker. Deze joker kun je inzetten tijdens de volgende toets. Hoe dat precies werkt, leg ik tijdens de tweede les uit.

Slide 16 - Slide

Succes!
Je gaat nu aan de slag. Heb je vragen naar aanleiding van deze opdracht, dan kun je dat dinsdag tijdens de les stellen. Ik verwacht dus iedereen dinsdag online....

H1b zie ik woensdag online, maar heb je naar aanleiding van deze opdracht vragen, stel die dan alvast even via teams.

Slide 17 - Slide