Voorbereiding tentamen gespreksvaardigheid

Tentamen gespreksvaardigheid
1 / 25
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Tentamen gespreksvaardigheid

Slide 1 - Slide

Vandaag...
  • thema
  • personages
  • perspectief
  • verhaallijn
  • Evaluatie

Slide 2 - Slide

Thema

Slide 3 - Slide

Wat bedoelen we als we het hebben over 'het thema van een boek'?
A
Het soort verhaal, zoals: detective, roman, thriller...
B
Een korte samenvatting van het verhaal.
C
De moeilijkheid van een boek, zoals niveau A, B of C bij de bibliotheek.
D
Een onderwerp van het verhaal, zoals: pesten, oorlog, liefde...

Slide 4 - Quiz

Het thema is...
het onderwerp van het verhaal.

Dit moet je kunnen noemen in één woord.
In een verhaal kunnen meerdere thema's voorkomen.

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Link

Mogelijke vragen tentamen

Slide 7 - Slide

1. Waarom heb je voor dit thema gekozen? Onderbouw zo goed mogelijk.

Slide 8 - Open question

andere vragen...

2. Hoe wordt het thema in jouw drie boeken uitgewerkt?
3. In welk boek vind je het thema het beste uitgewerkt?
4. De andere boeken hebben ook een thema. Leg uit waarom die  boeken over het aangegeven thema gaan.

Slide 9 - Slide

personages

Slide 10 - Slide

personages
1. hoofdpersoon
2. bijfiguren

Slide 11 - Slide

In welke twee groepen kun je de bijfiguren opsplitsen?

Slide 12 - Open question

Slide 13 - Link

Kenmerken hoofdpersonen
- meerdere karaktertrekken
- het verhaal gaat over hun problemen en hoe ze die oplossen
- je komt gedachten en gevoelens te weten
- ze maken vaak een ontwikkeling door

Slide 14 - Slide

kenmerken bijfiguren
medespelers
- hebben één of twee karaktereigenschappen
- hebben een bepaalde rol in het verhaal
- je weet geen gedachten en gevoelens

figurant
- 'vulling', niet belangrijk voor het verhaal
- hebben geen of nauwelijks tekst

Slide 15 - Slide

Mogelijke vragen over personages

- Wie is de hoofdpersoon? Geef een uitvoerige beschrijving.
- Noem een belangrijke bijpersoon en vertel waarom deze belangrijk is.
- Vind je de hoofdpersoon aardig? Leg uit.

Slide 16 - Slide

perspectief
De manier waarop je naar de gebeurtenissen kijkt.

Slide 17 - Slide

Wat is de juiste uitleg van de vertelsituatie 'ik-vertelsituatie'?
A
Je kijkt door de ogen van persoon. Het is in hij/zij-vorm geschreven.
B
Je kijkt door de ogen van de ik-persoon. Je kent gedachten en gevoelens.
C
Je kijkt door de ogen van een ander. Hij kan in de hoofden en harten van alle personen kijken.
D
Je ziet de gebeurtenissen door de ogen van verschillende personages.

Slide 18 - Quiz

Wat is de juiste uitleg van de vertelsituatie 'alwetende vertelsituatie'?
A
Je kijkt door de ogen van persoon. Het is in hij/zij-vorm geschreven.
B
Je kijkt door de ogen van de ik-persoon. Je kent gedachten en gevoelens.
C
Je kijkt door de ogen van een ander. Hij kan in de hoofden en harten van alle personen kijken.
D
Je ziet de gebeurtenissen door de ogen van verschillende personages.

Slide 19 - Quiz

Slide 20 - Video

Verhaallijn

Slide 21 - Slide

Wat is een verhaallijn?

Slide 22 - Open question

Een verhaallijn
beschrijft de gebeurtenissen van één persoon.

Bij meerdere verhaallijnen gaat iedere verhaallijn over de problemen van één persoon.

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Video

Evaluatie

Wat vond je van deze lesvorm?

Slide 25 - Open question