Een juiste berekening leidt tot de uitkomst 54%.
Een voorbeeld van een juiste berekening is:
voor de berekening van A- = 1 - 0,16 = 0,84 (1p)
voor de berekening van tt = 0,82 = 0,64 (1p)
frequentie van onregelmatig gestreept = 0,84 x 0,64 = 0,5376; 0,54 x 100% = 54% (1p)
Opmerking
Aan een getal voor de frequentie in plaats van een percentage of aan het percentage 53 mag het laatste punt niet worden toegekend.
De frequentie a = 40% = 0,4. Dus kans op geen streping = aa = 0,42= 0,16. De rest heeft wel streping = 1 - 0,16 = 0,84.
De frequentie van t = 80% = 0,8. Dus kans op onregelmatig = tt = 0,82 = 0,64. De totale kans op onregelmatige streping = 0,84 x 0,64 = 0,5376.
Het antwoord wordt dus 54% als je afrondt op een heel getal.