H7.1 en 7.2 Sociale ongelijkheid

Sociale ongelijkheid
1 / 19
next
Slide 1: Slide
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Sociale ongelijkheid

Slide 1 - Slide

Leerdoelen H7.1
- Kennismaken met het kernconcept sociale ongelijkeid.
- Je kunt de 3 soorten sociale ongelijkheid noemen.
- Kennismaken met de begrippen sociale stratificatie, sociale mobiliteit, positietoewijzing en positieverwerving.
- Kapitaal: economisch, cultureel en sociaal.
- Sociale uitsluiting: 4 componenten

Slide 2 - Slide

Wat weet je al van sociale ongelijkheid?

Slide 3 - Mind map

KERNCONCEPT Sociale ongelijkheid (1)
Een situatie waarin                       tussen mensen in al dan niet                         kenmerken, consequenties hebben voor hun maatschappelijke               en leiden tot een ongelijke                    van schaarse en hooggewaardeerde            , van waardering en                                            .
verschillen
aangeboren
zaken
verdeling
positie
behandeling

Slide 4 - Drag question

Controle van begrip:
Geef een voorbeeld van al dan niet aangeboren kenmerk

Slide 5 - Open question

Controle van begrip: wat wordt er bedoelt met consequenties voor de maatschappelijke positie?

Slide 6 - Open question

ongelijke verdeling van 3 dingen
- schaarse en hooggewaardeerde zaken
- waardering
en 
- behandeling

Slide 7 - Slide

Zoek een foto van een voorbeeld van hooggewaardeerde en schaarse zaken

Slide 8 - Open question

3 elementen van ongelijkheid
- schaarse en hooggewaardeerde zaken
- waardering

                                        - behandeling



Slide 9 - Slide

Welke soort sociale ongelijkheid?
- Ongelijke verdeling politieke hulpbronnen
van macht en gezag vanuit de functie.
- Ongelijke verdeling van economische hulpbronnen
geld en bezit 
- ongelijke verdeling van sociale hulpbronnen:
contacten,netwerk, relaties
- Ongelijke verdeling van symbolische hulpbronnen
status en aanzien 

Slide 10 - Slide

maatschappelijke ladder: sociale stratificatie, sociale mobiliteit

Slide 11 - Slide

verwerkingsopdracht: sociale stratificatie
- teken een ladder met 5 lagen.
- vul in duo's een voorbeeld in op de lagen van een beroep.

Slide 12 - Slide

Wat bepaalt welk beroep op welke tree komt?

Slide 13 - Slide

Sociale mobiliteit
Sociale stratificatie
Positieverwerving
Positietoewijzing
Maatschappelijke oorzaken waardoor een persoon in een bepaalde positie terechtkomt.
De mogelijkheid van individuen om verandering aan te brengen in hun maatschappelijke positie
Het verkrijgen van een maatschappelijke positie door de eigen bijdrage van een persoon .
Een verdeling van de maatschappij in groepen, waartussen sociale ongelijkheid bestaat

Slide 14 - Drag question

Hoe herken je sociale ongelijkheid 
in de tekst hieronder?

Voorschoolse educatie is voor peuters met een risico voor onderwijsachterstand. De thuissituatie kan een  negatieve invloed hebben op de manier waarop een kind een school doorloopt. Deze kinderen praten thuis bijvoorbeeld geen Nederlands, omdat ouders dit moeilijk vinden.

Sociale ongelijkheid: Een situatie waarin verschillen tussen mensen in al dan niet aangeboren kenmerken, consequenties hebben voor hun maatschappelijke positie en leiden tot een ongelijke verdeling van schaarse en hooggewaardeerde zaken, van waardering en behandeling.

Tekst

Slide 15 - Slide

De 7 vinkjes van Luyendijk
Volgende filmpje gaat over de 7 vinkjes van Joris Luyendijk. welke middelen om sociaal mobiel te zijn herken je in zijn verhaal? ( economisch, sociaal of cultureel kapitaal) Leg uit.

Slide 16 - Slide

0

Slide 17 - Video

Volgende filmpje gaat over de 7 vinkjes van Joris Luyendijk. welke middelen om sociaal mobiel te zijn herken je in zijn verhaal? ( economisch, sociaal of cultureel kapitaal) Leg uit.

Slide 18 - Open question

Waarom past dit plaatje bij de 4 componenten van sociale uitsluiting pg 145?

Slide 19 - Slide