What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Modalverben
1 / 34
next
Slide 1:
Slide
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
This lesson contains
34 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
25 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Tag liebe Leute!
LESDOEL:
Aan het einde van de les, weet je hoe je de modale werkwoorden in het Duits moet vervoegen.
Slide 2 - Slide
Erklärung
Hoe zat het ook alweer?
Slide 3 - Slide
Vertaling
dürfen = mogen
können = kunnen
mögen = leuk vinden
müssen = moeten
wollen = willen
wissen = weten
Slide 4 - Slide
Bijzonderheden
klinkerwisseling
in de enkelvoudsvormen
uitgangen wijken af:
ich & er/sie/es krijgen geen uitgang
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Voorbeeld in het Nederlands
'hij eet' -> zegt iets over wat hij op het moment doet.
'hij wil eten' -> wenselijkheid
'hij kan eten' -> mogelijkheid
Slide 7 - Slide
müssen
= moeten
wissen
= weten
wollen
=willen
ich muss weiß will
du musst weißt willst
er/sie/es muss weiß will
_______________________________________________________________________________
wir müssen wissen wollen
ihr müsst wisst wollt
sie/ Sie müssen wissen wollen
Slide 8 - Slide
Klinkerwisseling
modale ww Enkelvoud Meervoud
dürfen a = ich d
a
rf ü = wir d
ü
rfen
können a = ich k
a
nn ö = wir k
ö
nnen
mögen a = ich m
a
g ö = wir m
ö
gen
müssen u = ich m
u
ss ü = wir m
ü
ssen
wollen i = ich w
i
ll o = wir w
o
llen
wissen ei = w
ei
ß i = wir w
i
ssen
Slide 9 - Slide
Andere uitgangen
ich -
du (s)t
er/sie/es -
wir en
ihr t
sie/Sie en
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
mogen
kunnen
houden van, lusten
moeten
willen
weten
wissen
mögen
können
müssen
wollen
dürfen
Slide 12 - Drag question
De tweede letter verandert in het enkelvoud naar welke letter?
dürfen, können, mögen
Dure konijnen mogen aaien
A
i
B
u
C
e
D
a
Slide 13 - Quiz
Modale werkwoorden
geen
modale werkwoorden
lachen
dürfen
mögen
essen
können
schlafen
Slide 14 - Drag question
Modale werkwoorden
geen modale werwoorden
klinkerwisseling in het enkelvoud
Geen uitgangen bij ich/er...
Uitgangen -e, -st, t, en, t, en
Uitgangen -, st, -, en, t, en
Slide 15 - Drag question
Bij ich,du,er/sie/es komt er
geen
uitgang achter de stam.
Bij het werkwoord
mögen
verandert de stamklinker niet.
Modale hulpwerkwoorden geven
extra
betekenis aan het hoofdwerkwoord.
Modale hulpwerkwoorden kun je
in het meervoud
met de (fe) esttenten regel vervoegen.
Falsch
Falsch
Richtig
Richtig
Slide 16 - Drag question
Üben
Oefenen in zinnen!
Wie staat er in de zin & welke vorm van het modale ww is dan juist?
Slide 17 - Slide
(können) ... du mir dabei helfen?
A
könnst
B
kann
C
Könn
D
Kannst
Slide 18 - Quiz
(dürfen) Ihr ... heute bis 24.00 aufbleiben.
A
dürfen
B
darft
C
dürft
D
darf
Slide 19 - Quiz
(mögen) Er ... Fußball spielen.
A
magst
B
mögt
C
mag
D
mög
Slide 20 - Quiz
(mögen) ... Sie kein Eis, Herr Fischer?
A
magst
B
Mögen
C
Mögst
D
Magen
Slide 21 - Quiz
(können) Wir ... sehr gut Deutsch sprechen.
A
kannen
B
können
C
kännen
D
konnen
Slide 22 - Quiz
1. Ich .....................morgen zum Zahnarzt.
2. Wir ....................... um 10 Uhr da sein.
3. ........................ ihr noch ein Geschenk kaufen?
4. Peter............................. am Dienstag zum Zahnarzt.
müssen
müsst
muss
muss
Slide 23 - Drag question
(wissen) Ich.......... nicht, ob ich kommen kann.
Slide 24 - Open question
(wissen)
........ du wie spät es ist?
Slide 25 - Open question
(wollen) Er ....... ein neues Auto kaufen.
Slide 26 - Open question
(müssen) Du ....... noch eine Frage beanworten.
Slide 27 - Open question
(wollen) Ihr ....... auch einen Tee mit uns trinken?
Slide 28 - Open question
(wollen) Wir ........ keine Ferien!
Slide 29 - Open question
(müssen) Miranda ...... noch frühstücken.
Slide 30 - Open question
(wissen) Max ....... immer die Antwort.
Slide 31 - Open question
Ik ken de modale hulpwerkwoorden
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 32 - Poll
SPIEL
Modalverben SPIEL!
Slide 33 - Slide
Maximaal 4 spelers.
Elke speler kiest een klein voorwerp als pion.
Eén persoon neemt de rol van spelleider op zich.
Antwoord goed?
De speler blijft op het veld staan en de volgende speler is aan de beurt.
Antwoord fout?
De speler moet terug naar de start.
De eerste speler die het veld "
Ziel
" bereikt, wint het spel!
Let op!
Er zijn ook hindernissen & jokervakjes.
timer
8:00
Slide 34 - Slide
More lessons like this
Modalverben und wissen
October 2024
- Lesson with
20 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1,2
Modalverben
September 2023
- Lesson with
34 slides
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
instructie modale hulpwerkwoorden
March 2024
- Lesson with
17 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
instructie modale hulpwerkwoorden
25 days ago
- Lesson with
17 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Les 18
April 2024
- Lesson with
21 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
Modalverben 10-4
March 2024
- Lesson with
37 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
3VWO Modale werkwoorden
October 2024
- Lesson with
24 slides
Duits
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
08-03-2022 Modale werkwoorden
March 2022
- Lesson with
31 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 3