This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
1.3 Nettokracht
Slide 1 - Slide
Wat gaan we doen vandaag?
Herhaling 1.2
Uitleg paragraaf 1.3
Zelfstandig werken
Afsluiting/Vragen 1.3
Slide 2 - Slide
Herhaling 1.2
1.2 Krachten meten
Slide 3 - Slide
Krachten meten
krachten kunnen gemeten worden met behulp van een krachtmeter.
Deze wordt ook wel een veerunster genoemd.
F (N)
Slide 4 - Slide
Onthoud!
Op alle voorwerpen werkt de zwaartekracht.
De zwaartekracht is de kracht waarmee de aarde voorwerpen aantrekt.
De zwaartekracht werkt altijd naar beneden.
De zwaartekracht bereken je met de volgende formule:
zwaartekracht = massa × sterkte van de zwaartekracht of zwaartekracht = massa × 10
Krachten meet je met een krachtmeter of veerunster.
Slide 5 - Slide
Leerdoelen
Je kunt in geval van evenwicht de bijbehorende krachten beschrijven.
Je kunt de netto-kracht/resultante berekenen van krachten die werken op een voorwerp.
+ Je kunt de wrijvingskracht herkennen als een kracht die tegenwerkt bij een bewegend voorwerp.
Slide 6 - Slide
1.3 Nettokracht
In deze situatie houden de krachten elkar in evenwicht. Ze trekken even hard aan de zak, maar in tegenovergestelde richtingen. Daardoor gebeurt er niets: de zak beweegt niet omhoog en ook niet omlaag.
Slide 7 - Slide
1.3 Nettokracht
In deze situatie houden de krachten elkar in evenwicht. Ze trekken even hard aan de zak, maar in tegenovergestelde richtingen. Daardoor gebeurt er niets: de zak beweegt niet omhoog en ook niet omlaag.
Fz
Slide 8 - Slide
1.3 Nettokracht
In deze situatie houden de krachten elkar in evenwicht. Ze trekken even hard aan de zak, maar in tegenovergestelde richtingen. Daardoor gebeurt er niets: de zak beweegt niet omhoog en ook niet omlaag.
Fv
Fz
Slide 9 - Slide
Uitrekken en indrukken
Ook in deze situatie zijn er twee krachten die evenwicht maken.
De spankracht Fs ontstaat doodat het touw wordt uitgerekt.
Fs
Fz
Slide 10 - Slide
Uitrekken en indrukken
Er is ook een andere kracht die vaak evenwicht maakt met Fz .
Het tafel wordt door de schaal een heel klein beetje ingedrukt. Daardoor ontstaat een kracht die recht omhoog werkt: de normaalkracht (Fn).