Oncologie

Oncologie
1 / 16
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2,3

This lesson contains 16 slides, with text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Oncologie

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Tumor
  1. Benigne = goedaardig
  2. Maligne = kwaadaardig (carcinoom/sacroom)



Slide 3 - Slide

Benigne

  • cellen tumor lijken op weefsel waaruit het is ontstaan
  • langzame groei
  • houden zich aan anatomische grenzen
  • meestal gemakkelijk te verwijderen
  • zaaien niet uit

Maligne

  • cellen tumor lijken niet meer op weefsel waaruit het is ontstaan
  • groeien vaak snel
  • houden zich niet aan anatomische grenzen
  • moeilijker te verwijderen door onzichtbare uitlopers
  • zaaien vaak uit

Slide 4 - Slide

Oorzaken
  • erfelijkheid
  • leefstijl: roken/alcohol/voeding/bewegen
  • chemische stoffen (asbest/cytostatica)
  • milieuverontreiniging
  • Straling
  • chronische ontstekingen

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Negen signalen van kanker
  1. gewichtsverlies, vermoeidheid, slecht uit zien
  2. veranderingen bij plassen
  3. verandering ontlasting
  4. verdikking/knobbel in lichaam
  5. blijvende heesheid of hoest, bloed ophoesten
  6. slikklachten
  7. moedervlekken en huidplekjes die veranderen
  8. een plekje dat schilfert of bobbeltje op de huid
  9. vrouw > ongewoon bloedverlies/afscheiding, man> pijn of verandering zaadballen 

Slide 7 - Slide

Onderzoeken
  • anamnese/lichamelijk onderzoek
  • bloedonderzoek
  • radiologische onderzoek (röntgen/ct/mri/echo)
  • nuclaire onderzoek (PETscan/botscan)
  • biopt afnemen (PA-diagnose)


Slide 8 - Slide

TNM systeem

T = Tumor (T1-T4)

N = aan lymfekliermetastasen (N0- N2)

M = metastasen op afstand (M0- M1) 


Dit geeft het stadium van de ziekte aan.


Slide 9 - Slide

Metastasen

Verspreiding via:

- lymfebanen (lymfogene metastasen)

- bloedvaten (hematogene metastasen)

- uitzaaien naar vrije buikholte of pleuraholte






Slide 10 - Slide

Slide 11 - Video

Behandeling
  • Curatief = genezend
  • Palliatief = verlichtend
  • adjuvant = aanvullend op curatief (bestraling na operatie)





Slide 12 - Slide

Meest voorkomende behandeling
  • Operatie
  • Chemotherapie (met cytostatica)
  • Radiotherapie (bestraling) in of uitwendig







Slide 13 - Slide

Chemotherapie

Behandeling van kanker met cytostatica

Cytostatica zijn celdodende medicijnen








Slide 14 - Slide

Bijwerkingen chemotherapie
  • problemen spijsvertering: misselijkheid/braken/diarree/obstipatie/stomatitis
  • dun of uitvallend haar
  • vermoeidheid
  • beenmergsupressie (tekort bloedcellen en bloedplaatjes)
  • invloed op vruchtbaarheid
  • huidveranderingen


Slide 15 - Slide

aandachtspunten
  • Pijnbestrijding
  • ondersteuning bij voeding
  • zorg voor en na behandelingen
  • ondersteunen bij gevolgen van de behandelingen zoals:

kleine porties eten/pruik/zachte tandeborstel/prothese

  • Bescherming bij uitscheidingsproducten 
  • Psychische en sociale ondersteuning

Slide 16 - Slide