warmte en koude behandeling

Warmte en koudebehandeling
1. Herhaling
2. Nieuwe theorie
3. Aan de slag
1 / 33
next
Slide 1: Slide
VerzorgendeMBOStudiejaar 3

This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Warmte en koudebehandeling
1. Herhaling
2. Nieuwe theorie
3. Aan de slag

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Waaruit is het lymfestelsel opgebouwd?
A
lymfespieren lymfekootjes lymfehuid
B
lymfetransport lymfebloed lymfestelsel
C
lymfeklieren Lymfeklierweefsel lymfevaten

Slide 2 - Quiz

This item has no instructions

Welke bewering over het lymfevatenstelsel is onjuist?
A
Het lymfevatenstelsel staat in verbinding met het bloedvatenstelsel.
B
In lymfevaten wordt het weefselvocht gereinigd.
C
Lymfe bevat veel zuurstof.
D
Het lymfevatenstelsel speelt een rol bij de afweer tegen ziekteverwekkers.

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

In de afbeelding zie je het hart met enkele bloedvaten. 

Wat geeft elke letter aan? 
Aorta
Kransslagader
Longslagader
Rechterboezem

Slide 4 - Drag question

This item has no instructions


A
1.slagader 2.haarvat 3.ader
B
1.aorta 2.haarvat 3. ader
C
1.ader 2.haarvat 3.slagader
D
1.ader 2.haarvat 3. ader

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions


Uit welke 4 onderdelen bestaat bloed?
A
bloedplasma, rode-, witte bloedcellen en zuurstof
B
bloedplasma, rode-, witte bloedcellen en koolstofdioxide
C
bloedplasma, rode-, witte bloedcellen en bloedplaatjes
D
bloedplasma, rode-, blauwe bloedcellen en bloedplaatjes

Slide 6 - Quiz

c.
Mevrouw Warner woont al geruime tijd met veel plezier in een zorgcentrum. Vandaag heeft ze echter een pechdag. Op weg naar de kapper is ze gevallen. Ze heeft haar pols lelijk verstuikt. Ze geeft aan erg veel pijn te hebben. Haar pols is opgezwollen en blauw.

Wat zal jij doen?

Slide 7 - Open question

This item has no instructions

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Wat is koude- en warmte behandeling?

Slide 9 - Open question

This item has no instructions

Warmte
  • De bloedvaatjes in de huid verwijden zich (vasodilatatie), waardoor de doorbloeding toeneemt. Dit kun je zien doordat de huid rood wordt.
  • Het ontstekings- en genezingsproces worden bevorderd. De verbeterde doorbloeding zorgt voor een verhoogde aanvoer van fagocyten.
  • De celstofwisseling wordt versneld.
  • De spieren ontspannen zich. Het gevolg is dat pijn en kramp verminderen of verdwijnen.
  • Doordat de gewrichtsvloeistof minder stroperig wordt, kan stijfheid afnemen.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Koude
  • De bloedvaatjes in de huid vernauwen zich (vasoconstrictie), waardoor de doorbloeding vermindert. De huid wordt wit-blauw. Oedeem en zwelling worden voorkomen of verminderen.
  • De bacteriegroei vermindert, waardoor ontstekingen minder actief worden.
  • De celstofwisseling komt tijdelijk op een lager pitje.
  • De huid wordt op de plaats van de koudetoediening gevoelloos. Hierdoor wordt eventuele pijn minder erg.
  • Bij een bloeding kan de bloedstelping worden versneld, doordat de bloedvaatjes zich vernauwen.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Met welke materialen kun je koude- en warmte behandeling toepassen? 

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Wat is geen indicatie voor het toepassen van koudebehandeling
A
verminderen van pijn
B
verminderen van zwelling
C
vertragen van ontstekingsproces
D
bij menstruatiepijn

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Welk hulpmiddel kun je gebruiken om zwelling en pijn te verminderen?
A
ijszak, ijskraag, coldpack
B
ijskraag, coldpack ontstekingsremmer
C
ijszak, natte doeken, ijsklontjes op de zwelling
D
coldpack, coldspray, koude luchtstromen

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Noem twee apparaten voor het toedienen van stralingswarmte
A
verwarming en een kruik
B
kruik en infrarood lamp
C
verwarmende creme en hotpack
D
infrarood lamp en stralingsboog

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Stelling: voor je een hot of coldpack gebruikt moet je er altijd een beschermingshoesje omheen doen
A
juist
B
onjuist

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Wat is géén indicatie voor het toepassen van warmte?
A
Verminderen van pijn of stijfheid
B
vermindering menstruatiekrampen
C
koorts
D
onderkoeling

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

Welke risicogroepen zijn er bij het toepassen van warmte- of koude behandelingen?
A
zorgvragers die in coma of bewusteloos zijn
B
zorgvragers met dementie of verstandelijke handicap
C
zorgvragers met een verlamming
D
alle antwoorden zijn juist

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

Hoe raakt het lichaam zijn warmte kwijt?
A
Door transpiratie en bloedvatverwijding
B
Door bloedvatvernauwing en rillen

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

Een van de effecten van warmte is:
A
dat de bacteriegroei vermindert
B
dat het ontstekings en genezingsproces wordt bevorderd
C
dat de celstofwisseling op een lager pitje komt te staan
D
dat de bloedstelping versnelt

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

Een van de effecten van koude is:
A
De celstofwisseling wordt versneld
B
De huid wordt op de plaats van de koude toediening gevoelloos. Hierdoor wordt eventuele pijn minder erg
C
De spieren ontspannen zich
D
Doordat de gewrichtsvloeistof minder stroperig wordt kan stijfheid afnemen

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

Wat heeft meer effect op de diepere weefsellagen: droge koude toediening of vochtige koude toediening?
A
droge koude toediening
B
vochtige koude toediening

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

Mag je een koudebron direct op de huid plaatsen?
A
ja
B
nee

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions

Aan de slag Zorgpad
Niveau 3/4 --> zorg specifiek --> verpleegtechnische handelingen
9.3 Warmtebehandelingen
9.4 Koudebehandelingen

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Vasoconstrictie is
A
het wijder worden van bloedvaten in de huid
B
het verminderen van bacteriegroei
C
het nauwer worden van bloedvaatjes in de huid
D
het stroperig worden van de gewrichtsvloeistoffen

Slide 26 - Quiz

This item has no instructions

Droge geleidingswarmte dien je toe met behulp van:
A
warmtelamp en lichtboog
B
warm nat washandje en snoezelbad
C
nat washandje en lichtboog
D
hotpack en kruik

Slide 27 - Quiz

This item has no instructions

CASUS
Meneer Harmsen van 82 jaar woont in het verpleeghuis. Hij heeft dementie en vertoont vaak onrustig gedrag. Sinds gisteren ligt hij op bed, hij voelt zich ziek en heeft koorts, 38,4 °C. Volgens de arts heeft hij een longontsteking. Hij heeft vanmiddag antibiotica en twee paracetamoltabletten van 500 mg gekregen. Zijn dochter is gebeld met de vraag of ze bij hem langskomt.

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Jij hebt avonddienst. m 18.00 uur treft je meneer Harmsen rillend van de kou aan.
a Wat is er met meneer Harmsen aan de hand?
b Hoe zal zijn huid eruitzien? Hoe komt dit?

Slide 29 - Open question

This item has no instructions

Waaruit bestaat de zorg die je geeft tijdens een koude rilling? En hoe vaak moet je de koorts opnemen?

Slide 30 - Open question

This item has no instructions

Na vijf dagen is meneer Harmsen opgeknapt, de koorts is gezakt en hij komt weer uit bed. Als hij in de huiskamer opstaat uit zijn stoel, wordt hij duizelig en valt op de grond. Samen met een collega breng je hem naar bed. Meneer heeft een pijnlijke plek op zijn rechterknie, die snel dik wordt.

Slide 31 - Open question

This item has no instructions

De arts adviseert een coldpack aan te brengen.

a Wat is het effect van een coldpack op de geblesseerde knie?
b In welke stand moet zijn been liggen tijdens de behandeling met een coldpack?
c Hoe leg je een coldpack aan? Direct op de huid? Licht je antwoord toe.

Slide 32 - Open question

This item has no instructions

HEB JE NOG VRAGEN OVER DEZE LES?
HEB JE NOG VRAGEN OVER DEZE LES?

Slide 33 - Slide

This item has no instructions