What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
OB Toets spelling - werkwoorden
Toets Spelling
persoonsvorm tt/vt
stam/ik-vorm
voltooid deelwoord
bijvoeglijk naamwoord <-> voltooid deelwoord
1 / 42
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
This lesson contains
42 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
30 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Toets Spelling
persoonsvorm tt/vt
stam/ik-vorm
voltooid deelwoord
bijvoeglijk naamwoord <-> voltooid deelwoord
Slide 1 - Slide
Tijdens de toets
de toets duurt 40 minuten
je zit in een rustige ruimte
de camera is op jou gericht, je bent helemaal in beeld
je microfoon staat aan
je mag de antwoorden niet opzoeken, je toets wordt dan afgesloten (cijfer = 1)
Slide 2 - Slide
Uitleg
A. Straks zie je vijf zinnen.
Spel de persoonsvorm in
tegenwoordige tijd
in elke zin op de juiste manier.
Slide 3 - Slide
1. ....... (worden) je ook zo blij van de winter?
Slide 4 - Open question
2. Mijn broer ... (vinden) er niets aan.
Slide 5 - Open question
3. Mijn zus ... (zeuren) over haar skipak.
Slide 6 - Open question
4. Hij .............. (bieden) 50 euro voor de oude tv.
Slide 7 - Open question
5. Het ... (verbazen) me wat hij allemaal doet.
Slide 8 - Open question
Uitleg
B. Straks zie je drie werkwoorden.
Schrijf de
stam
van ieder werkwoord op.
Slide 9 - Slide
1. schuiven
Slide 10 - Open question
2. klagen
Slide 11 - Open question
3. zeggen
Slide 12 - Open question
Uitleg
C. Straks zie je drie werkwoorden.
Schrijf de
ik-vorm
van ieder werkwoord op.
Slide 13 - Slide
1. schuiven
Slide 14 - Open question
2. klagen
Slide 15 - Open question
3. zeggen
Slide 16 - Open question
Uitleg
D. Straks zie je vijf zinnen.
Spel de persoonsvorm in
verleden tijd
in elke zin op de juiste manier.
Slide 17 - Slide
1. Hij ...........(sprinten) er vandoor na zijn nederlaag.
Slide 18 - Open question
2. Toen ik hem opzocht, ............ (huilen) hij heel hard.
Slide 19 - Open question
3. De jongen .............. (schamen) zich dat hij laatste was geworden.
Slide 20 - Open question
4. Vroeger ................. (pesten) zijn klasgenoten hem vaker dat hij niet snel kon rennen.
Slide 21 - Open question
5. Daar ................... (dromen) hij nog vaak over.
Slide 22 - Open question
Uitleg
E. Straks zie je drie zinnen.
Noteer van elke zin het juiste
voltooid
deelwoord
.
Slide 23 - Slide
1. Ik heb gisteren twee wedstrijden ............ (spelen).
Slide 24 - Open question
2. In de oven zijn de aardappels .........(aanbranden).
Slide 25 - Open question
3. Hoeveel eieren heb jij in de tuin .........(verstoppen)?
Slide 26 - Open question
Uitleg
F. Straks zie je drie zinnen.
Maak van elk werkwoord een
bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord
en noteer het.
Slide 27 - Slide
1. de .................................... (verpesten) sfeer
Slide 28 - Open question
2. de ..................................... (verraden) vriend
Slide 29 - Open question
3. de .................................... (verspreiden) roddel
Slide 30 - Open question
Uitleg
G. Straks zie je tien zinnen.
Spel de persoonsvorm in elke zin op de juiste manier. Kijk zelf goed in welke tijd de zin staat.
Slide 31 - Slide
1. Mijn zusje heeft al heel veel Lego ………(sparen).
Slide 32 - Open question
2. Waarom ………………….. (worden) jij altijd zo vrolijk
van muziek?
Slide 33 - Open question
3. De gids ………………….. (begeleiden) de bezoekers
straks tot aan de uitgang.
Slide 34 - Open question
4. ………………….. (Hebben) je broertje al fruit gegeten
vandaag?
Slide 35 - Open question
5. De aanhangwagen is met alle stenen te zwaar
………………….. (belasten).
Slide 36 - Open question
6. De leeuwentemmer ………………….. (houden)
vandaag de dieren extra goed in de gaten.
Slide 37 - Open question
7. Mijn moeder heeft mijn lievelingstrui gelukkig
alweer ………………….. (wassen).
Slide 38 - Open question
8. Het dikke gordijn ………………….. (verduisteren) de
kamer goed.
Slide 39 - Open question
9. Ik heb gelukkig nog nooit een luier …...........
(verschonen).
Slide 40 - Open question
10. De wind waaide hard door de bomen voor de
regen ………………….. (losbarsten).
Slide 41 - Open question
einde toets
Je moet de toets nu inleveren.
Slide 42 - Slide
More lessons like this
Spelling Blok 6 jr 1 KGT werkwoorden oefenen
May 2024
- Lesson with
41 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
Thema 6: hoofdvormen werkwoorden en meewerkend voorwerp.
May 2022
- Lesson with
44 slides
Taal
Primary Education
Oefentoets Spelling h1 en h2
October 2021
- Lesson with
26 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
Oefentoets Spelling - werkwoorden
February 2025
- Lesson with
29 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
Oefentoets Spelling - werkwoorden
16 days ago
- Lesson with
29 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
Oefentoets Spelling - werkwoorden (alleen deel 2)
15 days ago
- Lesson with
14 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
Spelling de infinitief en het voltooid deelwoord
June 2019
- Lesson with
24 slides
Steunles spelling
Middelbare school
vmbo, mavo
Leerjaar 1
Werkwoorden
January 2025
- Lesson with
20 slides
Nederlands
Secundair onderwijs