Intervisie - incidentmethode

• Verpleging en verzorging
• MBO
• Studiejaar 3

incidentmethode in 5 stappen

1. introductie: iedereen beschrijft voor zichzelf kort en feitelijk een echt gebeurde situatie om in te brengen. Na een rondje wordt een van de situaties uitgekozen.
2. probleemverkenning: de groepsleden nemen -even in stilte- tijd om hun vragen te noteren. Feiten verzamelen door open vragen te stellen.
3. Analyse: Wat is de kern van het probleem.
4. Adviesronde: Ieder groepslid formuleert een advies voor de inbrenger.
5. Afronding:  De inbrenger geeft aan welke adviezen hem aanspreken en waarom

1. Introductie

• De inbrenger heeft nagedacht over een bepaalde situatie
• Als er geen inbrenger is dan schrijft iedereen voor zichzelf een bepaalde situatie op
• Je schrijft alleen op tot aan het handelen en je zegt nog niet wat de uitkomst is geweest
• Na een rondje wordt op democratische wijze een casus uitgekozen.

Ronde 2: Over de ervaring vertellen

De inbrenger vertelt zijn ervaring. let daarbij op de volgende punten:

• Vertel beknopt, op hoofdlijnen
• Baken het vraagstuk helder af
  
• Vertel iets uit eigen ervaring
  

Beschrijf alleen de probleemsituatie, geef geen mogelijke oorzaken

Vergeet niet de specifiek hulpvraag te stellen

2. Probleemverkenning

De inbrenger vertelt het incident precies, kort en zakelijk. Zonder de afloop te vertellen, dus tot het moment dat er gehandeld werd. 
Iedereen schrijft voor zichzelf minimaal 3 vragen op om meer inzicht te krijgen in het probleem.

Ronde 3: Vragen noteren

De groepsleden nemen de tijd om enkele vragen om aanvullende informatie op papier te zetten .

 Vervolgens is er gelegenheid om vragen te stellen. Let daarbij op de volgende punten:

• Blijf binnen de gegeven ervaring
  
• Stel alleen waardevrije vragen, vermijd iedere suggestie van (negatieve) beoordeling
  
• Vermijd waarom-vragen
  
• Vermijd suggestieve vragen
  
• Stel vooral wie-, wat-, waar-, wanneer-, en hoe-vragen

Ronde 4 vragen stellen: open informatieve vragen.

3. Analyse 

• De groep bespreekt met elkaar hoe zij de situatie zien, er wordt gediscussieerd over de vraag. (welke oorzaken heeft ieder ontdekt, welke aanleidingen zijn er, hoe is de rol van de probleem inbrenger, hoe zijn de omgevingsfactoren?) Inbrenger luistert, er mogen geen vragen meer gesteld worden.
• Probeer met de groep tot een paar kernproblemen te komen
• De factoren die een rol spelen worden geanalyseerd.
• De groepsleden formuleren de kern van het probleem

Ronde 5: situatie analyseren

De groepsleden bespreken in tweetallen de verschillende aspecten van het probleem. 

Ze letten daarbij op de volgende punten:

• Kruip in de huid van de inbrenger
  
• Je hoeft niet tot overeenstemming te komen met de inbrenger

Bespreking/analyse van de situatie door de groepsleden.

De inbrenger luistert.

4. Adviesronde

• Ieder groepslid schrijft voor zichzelf op: 'Wat zou ik doen en WAAROM?

 

Groepsleden schrijven op wat zij zouden doen in de situatie

Iedereen leest de eigen oplossing voor, geen commentaar, de inbrenger luistert. 

Inbrenger vertelt wat zijn/hij gedaan heeft of zich voorgenomen had om te gaan doen.

Discussie: reactie van de inbrenger op verschillende benaderingen en bespreken van de verschillende oplossingen.

Ronde 8: Uitwisselen

De groepsleden bespreken de verschillende benaderingen.

 Maak er geen discussie van en probeer de inbrenger niet te overtuigen van je gelijk. 

De groepsleden vertellen welke mogelijkheden ze meenemen in hun eigen situatie. 

Ronde 9: Evalueren

Hoe heeft de inbrenger het ervaren?

Hoe hebben de anderen het ervaren?

Hoe was de sfeer?

Heeft het gesprek betekenis gehad voor de inbrenger?

Wat zijn persoonlijke leerpunten die de inbrenger hier uithaal?

Welke leerpunten halen de overige groepsleden hieruit?