Les 48.1 - §4.4 Vermogen en energie


§4.4 vermogen en energie
Lesplanning:
  1. Uitleg vermogen en energie
  2. Opgaven §4.4 deel 1 maken
  3. Uitleg vermogen berekenen
  4. Opgaven §4.4 deel 2 maken
  5. Afsluiting
Volgende week CP H4
1 / 16
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson


§4.4 vermogen en energie
Lesplanning:
  1. Uitleg vermogen en energie
  2. Opgaven §4.4 deel 1 maken
  3. Uitleg vermogen berekenen
  4. Opgaven §4.4 deel 2 maken
  5. Afsluiting
Volgende week CP H4

Slide 1 - Slide

§4.4 vermogen en energie
Aan het einde van deze paragraaf kan je...
  • uitleggen wat het vermogen van een apparaat is.
  • het vermogen van een apparaat berekenen.
  • uitleggen waarom een apparaat met een groter vermogen meer elektrische energie verbruikt.

Slide 2 - Slide

Vermogen
De hoeveelheid energie dat een apparaat per seconde verbruikt.

Slide 3 - Slide

James Watt
  • Schotse Ingenieur
    1736 - 1819
  • Uitvinder van de 
    stoommachine
  • Paardenkracht

Slide 4 - Slide

Welk apparaat heeft het grootste vermogen?
A
Laptop
B
Koelkast
C
Gloeilamp
D
Koffiezetapparaat

Slide 5 - Quiz

laptop
50-150 W
koelkast
100 - 300 W
gloeilamp 
40-60 W
koffiezetapparaat
1000 - 1500 W

Slide 6 - Slide

Hoe groot is het vermogen?
A
230 Volt
B
0,3 Ampere
C
9 Volt
D
6 Watt

Slide 7 - Quiz

1 kW (kiloWatt) = .... W
A
0,001
B
0,1
C
10
D
1000

Slide 8 - Quiz

Maken en nakijken
§4.4 opgave 1 t/m 5

timer
7:00
Eerder klaar: verder met 8, 10, 11 en 12

Slide 9 - Slide

Het vermogen berekenen.




Spanning = energie per lading
Stroomsterkte  = lading per seconde
Vermogen = energie per seconde

vermogen(W)=spanning(V)stroomsterkte(A)

Slide 10 - Slide

Voorbeeld 1:
Een frituurpan werkt op 12 volt. Verder loopt er een stroom door van 1,32 A.
Bereken het vermogen van de frituurpan.

Slide 11 - Slide

Voorbeeld 2:
Een wasmachine heeft een vermogen van 750 W en is aangesloten op 230 Volt Bereken de stroomsterkte.

Slide 12 - Slide

Een led-lamp is aangesloten op een spanningsbron van 12V. De stroomsterkte door de led-lamp is
220 mA. Bereken het vermogen van de led-lamp.
A
P = U * I = 12 * 0,22 =2,64 W
B
P = U * I = 12 * 2,2 = 26,4 W
C
P = U * I = 12 * 22 = 264 W
D
P = U * I = 12 * 220 = 2640 W

Slide 13 - Quiz

Een mixer wordt aangesloten op een spanning van 230 V.
De mixer heeft een vermogen van 350 Watt.
Bereken de stroomsterkte door het apparaat.
Sleep de antwoorden op de juiste plek.
stroomsterkte =
stroomsterkte =
stroomsterkte =
:
:
350 W
230 V
1,5 A
spanning
vermogen

Slide 14 - Drag question

Maken en nakijken
§4.4 opgave 1 t/m 8, 10, 11 en 12
timer
10:00
Eerder klaar: maak een samenvatting van H4.

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Video