BG1 - Dagbesteding les 1

Beroepsgericht 1
Module 4 - Les 1

Thema:
Dagbesteding
1 / 29
next
Slide 1: Slide
BeroepsgerichtMBOStudiejaar 1

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Beroepsgericht 1
Module 4 - Les 1

Thema:
Dagbesteding

Slide 1 - Slide

Boek: Dagbesteding MZ via licentie ThiemeMeulenhoff
Thema 1: Dagbesteding
  • Hoofdstuk 1: Wat is dagbesteding?
  • Hoofdstuk 2: De betekenis van dagbesteding voor de cliënt
  • Hoofdstuk 3: De betekenis van dagbesteding voor de beroepskracht
Thema 2: Activiteiten aanbieden
  • Hoofdstuk 4: Methodisch begeleiden bij dagbesteding
  • Hoofdstuk 5: Een indeling van dagbesteding
Thema 3: Werk, scholing en vrije tijd
  • Hoofdstuk 6: Werk
  • Hoofdstuk 7: Scholing
  • Hoofdstuk 8: Vrije tijd

Slide 2 - Slide

Vandaag
Thema 1: Dagbesteding
  • Hoofdstuk 1: Wat is dagbesteding?
  • Hoofdstuk 2: De betekenis van dagbesteding voor de cliënt
  • Hoofdstuk 3: De betekenis van dagbesteding voor de beroepskracht

Tijdens de lessen wordt de theorie in grote lijnen besproken. Zorg dat je zelf je boek raadpleegt voor meer verdieping!
Tip: het thema dagbesteding komt terug in meetmoment B1-K1-W4, probeer dus de koppeling voor jezelf hierin te maken!

Slide 3 - Slide

Waar denk jij aan bij dagbesteding?

Slide 4 - Mind map

Thema 1 - Hoofdstuk 1
Wat is dagbesteding?
Dagbesteding is een levensbehoefte:
Mensen willen en moeten wat te doen hebben

Wat is jouw taak als MZ’er hierin?
Het begeleiden van je cliënten naar en in hun dagbesteding is een belangrijk onderdeel van je taak als MZ’er.


Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

Wat is dagbesteding?
Definitie dagbesteding:
Doelgerichte, zoveel mogelijk zingevende, gestructureerde invulling van activiteiten om de tijd die je tot je beschikking hebt te besteden.

Er zijn verschillende onderdelen van dagbesteding:
Werk, scholing, vrije tijd
Deze onderdelen sluiten aan bij wat nu in de samenleving belangrijk is  participatie


Slide 7 - Slide

Dagbesteding is voor iedereen verschillend
Vier aspecten:

  1. De persoon die aan de dagbesteding meedoet
    Invulling geven aan wensen en behoeften, passend bij mogelijkheden

  2. De aard van de dagbesteding zelf
    Elke vorm heeft zijn eigen kenmerken en eigenschappen

  3. De omgeving waarin de dagbesteding plaatsvindt
    De plaats(en) waar de dagbesteding plaats vind. 

  4. De waarde van de dagbesteding
    Welke betekenis heeft de dagbesteding voor iemand

Slide 8 - Slide

Dagbesteding: een leven lang
Als MZ’er help je cliënt bij het invullen van hun dag. Hierbij let je op:
Gedrag > Gedrag kunnen verklaren en waar nodig bijsturen met interventies
Zingeving > De zin van het leven, hoe we ons leven leven
Competenties > Aansluiten bij de mogelijkheden, competentiegroei
Werken > Vrijwilligerswerk, arbeidsmatige dagbesteding
Scholing > Het eigen maken van nieuwe kennis, houding of vaardigheden
Vrije tijd > Structuur aan de dag bieden, vrijetijdsinvulling






Slide 9 - Slide

Een goede gezondheid bepaalt of je wel of niet kan werken
Ja
nee

Slide 10 - Poll

Ik vind dat iedereen kan werken in onze maatschappij
ja
nee

Slide 11 - Poll

Ik vind dat iedereen met een beperking of stoornis naar een dagbesteding moet gaan
Ja
nee

Slide 12 - Poll

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Video

Aan welke behoeften van Maslow wordt er op een dagbesteding aandacht aan besteed?

Slide 15 - Open question

Slide 16 - Slide

Belangrijk!
In de eerste les van BGO gaat het ook over de piramide van Maslow

Gebruik de theorie uit deze les en/of je boek Dagbesteding via de licentie van ThiemeMeulenhoff

Slide 17 - Slide

Dagbesteding richt zich in de praktijk op:
  • (re)activeren van mensen;
  • Leren van vaardigheden (werk en sociaal);
  • Behouden van vaardigheden;
  • Vergroten en behouden van eigenwaarden;
  • Ondersteunen in het leren omgaan met beperkingen;
  • Bereiken van een ander doel;
  • Voorkomen van overbelasting van mantelzorgers.

Belangrijk: Deze doelen komen ook terug in meetmoment B1-K1-W4!





Slide 18 - Slide

Hoe kan jij de cliënt(en) nou ondersteunen als het gaat over dagbesteding?

Slide 19 - Open question

Jij als MZ'er i.c.m. dagbesteding
Speerpunten van deze tijd:
  • Eigen verantwoordelijkheid;
  • Eigen regie voeren;
  • Beroep doen op eigen netwerk;
  • ‘zorgen dat’ i.p.v. ‘zorgen voor’.

Vanuit empowerment > het stimuleren van cliënten om zelf verantwoordelijkheid te dragen en zelfredzaamheid te tonen, moet de cliënt in staat zijn om zijn zegje te doen.
  • Op deze manier kan jij als beroepskracht MZ met een passend zorg- of ondersteuningsaanbod komen




Slide 20 - Slide

Opdracht
  • In het lokaal hangen verschillende vellen met 2 vlakken
  • Verdeel jullie in 3 (ongeveer) gelijke groepjes 
  • Vlak 1: welke dagbestedingsactiviteiten doen jullie op je stage?
  • Vlak 2: welke dagbestedingsactiviteiten mis je op je stage?
timer
5:00

Slide 21 - Slide

Wat betekent intramuraal?
Wat betekent extramuraal?
In een zorginstelling
Zelfstandig wonen

Slide 22 - Drag question

Wat bedoelen we met participatiesamenleving?

Slide 23 - Mind map

Participatiesamenleving

Maatschappij waarin iedereen, binnen de eigen mogelijkheden, verantwoordelijkheid neemt voor zijn of haar eigen leven en omgeving en daarin als volwaardig burger mee doet/mee kan doen.

Slide 24 - Slide

Emancipatie
  • Opkomen voor jezelf
  • Wanneer je geëmancipeerd bent, kijken anderen naar je zoals je bent en wordt je geaccepteerd voor wie je bent.

Slide 25 - Slide

Hoe kan jij de cliënt(en) ondersteunen bij emancipatie?

Slide 26 - Open question

Ondersteunen bij emancipatie
  • Gelijkwaardigheid > Dialoog aangaan, benaderen vanuit mogelijkheden en kansen van de cliënt, wederzijdse communicatie
  • Keuzevrijheid > Eigenheid > keuzes kunnen en mogen maken, cliënt daarbij ondersteunen
  • Ondersteuning > Flexibiliteit en vraaggericht werken > cliënt is uitgangspunt
  • Sociale (ondersteunings-)netwerken > Ervaringsdeskundigheid van de omgeving betrekken, kan helpend zijn bij vraaggericht en flexibel werken
  • Respectvolle bejegening > Grondhouding > zelfkennis, kritische (zelf)reflectie, emoties bespreekbaar maken, acceptatie, interesse, inlevingsvermogen, duidelijk grenzen stellen bij jezelf

Slide 27 - Slide

Sociale inclusie
De insluiting in de samenleving van achtergestelde groepen op basis van gelijkwaardige rechten en plichten.
Het betekent dat de maatschappij zich aanpast, zodat groepen in een achterstandssituatie kunnen meedoen in het reguliere leven.

Slide 28 - Slide

Nogmaals
Tijdens de lessen wordt de theorie in grote lijnen besproken. Zorg dat je zelf je boek raadpleegt voor meer verdieping!

Tip: het thema dagbesteding komt terug in meetmoment B1-K1-W4, probeer dus de koppeling voor jezelf hierin te maken!

Slide 29 - Slide