Werkwoordelijk gezegde en zinsdeelstrepen

Werkwoordelijk gezegde en zinsdeelstrepen
1 / 17
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Werkwoordelijk gezegde en zinsdeelstrepen

Slide 1 - Slide

Doel
Je leert:
- hoe je het werkwoordelijk gezegde vindt;
- hoe je zinsdelen vindt en die aangeeft met zinsdeelstrepen.

Slide 2 - Slide

Vorige les
Hoe vind je de persoonsvorm?

Slide 3 - Slide

PV

Slide 4 - Mind map

De persoonsvorm vind je door:
- de zin in een vraagzin te zetten
- de zin in een andere tijd te zetten

Slide 5 - Slide

Bijvoorbeeld
Ik ga met mijn vrienden zwemmen.
Ga ik met mijn vrienden zwemmen?

Ik ga met mijn vrienden zwemmen.
Ik ging met mijn vrienden zwemmen.

Slide 6 - Slide

Wat is dan de persoonsvorm?

Slide 7 - Open question

Werkwoordelijk gezegde
Het werkwoordelijk gezegde zijn alle werkwoorden in de zin, ook de persoonsvorm.

Slide 8 - Slide

Bijvoorbeeld
Ik ga met mijn vrienden zwemmen.

Slide 9 - Slide

Wat zijn de werkwoorden in deze zin?
Ik ga met mijn vrienden zwemmen.

Slide 10 - Open question

Wat is het werkwoordelijke gezegde?

Slide 11 - Open question

Wat zijn de werkwoorden in deze zin?
Volgende week gaan Yasmin en Elif shoppen.

Slide 12 - Open question

Wat is het werkwoordelijke gezegde?

Slide 13 - Open question

Zinsdeelstrepen
1 Zet een streep onder de pv.
2 Zet de pv tussen zinsdeelstrepen.
    Alles wat vóór de pv staat, is altijd een zinsdeel. Daar hoef je        dus geen strepen meer te zetten.
3 Verander de woordvolgorde van de zin.
    Alles wat nu vóór de pv staat, is weer een zinsdeel. 
4  Ga hiermee door tot je alle zinsdelen hebt gevonden.

Slide 14 - Slide

Bijvoorbeeld
Merle en ik hebben een cadeau gekocht.

| Merle en ik | hebben | een cadeau gekocht.|

| Een cadeau | hebben | Merle en ik | gekocht. |

Slide 15 - Slide

Nu oefenen, zet zinsdeelstrepen:
Vorige week kwam tante Khadija bij ons.

Slide 16 - Open question

Nu oefenen, zet zinsdeelstrepen:
Ze had een leuke verrassing meegenomen.

Slide 17 - Open question