Een feit is iets wat waar is of wat niet waar is. Of het feit waar of onwaar is, kun je controleren.
Een mening is wat iemand vindt van iets. Met een mening kun je het eens zijn of oneens.
Een mening kun je onderbouwen met argumenten.
Een argument geeft aan waarom je een bepaalde mening hebt. In een tekst vind je argumenten door te zoeken naar signaalwoorden, zoals want, omdat, namelijk en immers. Achter deze signaalwoorden vind je vaak argumenten die een bepaalde mening onderbouwen.
Sommige teksten zijn bedoeld om alleen feiten weer te geven. Je moet erop kunnen vertrouwen, dat het waar is wat er staat. Als er meningen of verzonnen dingen in staan, heb je er niets meer aan.
Een voorbeeld van zo'n tekst is de bijsluiter bij een geneesmiddel. Stel je voor dat daar zoiets zou staan als: "Naar onze mening is het niet gezond om meer dan drie dagen achter elkaar paracetamol te slikken. Maar misschien krijgt u er geen last van."
Andere teksten zijn juist waardeloos als er geen meningen in staan.
Stel je voor: een filmrecensie waar alleen het verhaaltje wordt verteld en de namen van de acteurs, en de laatste zin luidt: "Of deze film de moeite waard is, moet u zelf maar bepalen. Wij weten niet wat we ervan moeten vinden." Daar word je niet veel wijzer van!