H28: Overlopende posten kosten/uitgaven

• Bedrijfseconomie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 5

Leerdoelen

• ik kan het verschil tussen kosten en uitgaven uitleggen
• ik kan aangeven welke bedragen er opgenomen worden op een resultatenrekening inzake overige kosten
  
• ik kan aangeven welke bedragen worden opgenomen op een liquiditeitsoverzicht inzake overige uitgaven
  

Resultatenrekening

Liquiditeitsbegroting

Uitgaven

Kosten

Uitgaven

Kosten

• kosten reken je toe per periode
  

Electra

Elke maand verbruikt een bedrijf €300 aan elektriciteit.

Dit verbruik wordt betaald 1 keer per kwartaal aan het eind van het kwartaal

Electra

Resultatenrekening:

• Januari €300 kosten
  
• Februari €300 kosten
  
• Maart €300 kosten
  

Liquiditeitsoverzicht:

• Maart €900 uitgaven
  

Verzekering

Elke maand is het bedrijf verzekerd tegen brand voor €200

Deze verzekering wordt vooraf betaald 1 keer per kwartaal aan het begin van het kwartaal

Verzekering

Resultatenrekening:

Januari €200 kosten

Februari €200 kosten

Maart €200 kosten

Liquiditeitsoverzicht:

Januari €600 uitgaven

Huur

Elke maand wordt er een pand gehuurd voor €3000

De huur wordt per maand betaald

Huur

Resultatenrekening:

• Januari €3000 kosten
  
• Februari €3000 kosten
  
• Maart €3000 kosten
  

Liquiditeitsoverzicht:

• Januari €3000 uitgaven
  
• Februari €3000 uitgaven
  
• Maart € 3000 uitgaven
  

Opgaven

De energiekosten voor januari waren € 1.000.
Deze kosten werden in januari ook betaald.
Zijn dit UITGAVEN in januari?

1. ja
2. nee

Twee stellingen:
I. Kosten zorgen voor een daling van de liquide middelen
II. Uitgaven zorgen voor een daling van het eigen vermogen

1. Beide stellingen zijn juist
2. Stelling I is juist en stelling II is onjuist
3. Stelling II is juist en stelling I is onjuist
4. Beide stellingen zijn onjuist

Overige kosten 1e kwartaal bedragen € 240.000,-.
Hiervan wordt € 30.000,- pas betaald in april.
De uitgaven voor het 1e kwartaal bedragen

1. € 210.000
2. € 240.000
3. € 270.000

In januari wordt er voor € 1.000 aan elektra verbruikt.
Dit wordt in februari betaald.
Welke stelling is juist?

1. €1000 kosten januari €0 uitgaven januari
2. €1000 kosten januari €1000 uitgaven januari
3. €1000 kosten januari €1000 uitgaven februari
4. €0 kosten januari €1000 uitgaven februari

Les gemist?

https://www.youtube.com/watch?v=zaQoV8cHCrg