5. Integratie gaat niet vanzelf

Pluriforme samenleving
1 / 31
next
Slide 1: Slide
MaatschappijleerMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Pluriforme samenleving

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen
  • Herhalen (5)
  • Leerdoelen (5)
  • Uitleg (10) en kijken (5)
  • Samen aan de slag (10)
  • Afsluiten (5)

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Nederland heeft een restrictief toelatingsbeleid. Wat wordt daarmee bedoeld? Geef een voorbeeld dat kenmerkend is voor dit beleid

Slide 4 - Open question

Welke 3 redenen voor migratie ken je?

Slide 5 - Open question

Soms worden minderjarige bewust alleen op reis gestuurd omdat zij dan meer kans zouden hebben op een verblijfsvergunning. Beredeneer op basis van het restrictieve toelatingsbeleid of dit inderdaad zo is.

Slide 6 - Open question

'Nederland vangt te veel vluchtelingen op' is dat een feit of een mening?
A
Feit
B
Mening

Slide 7 - Quiz

Leerdoelen
Aan het eind van deze les kun je herkennen en uitleggen...
- wat integratie, assimilatie en segregatie inhoudt
- je kunt een aantal voorbeelden van onrust rondom deze integratie noemen.
- wat discriminatie is en kan dit juist toepassen.

Slide 8 - Slide

Assimilatie
  • Mensen geven hun eigen culturele identiteit op en passen zich compleet aan aan de dominante cultuur.

  • In NL vraagt de overheid niet om de eigen afkomst te negeren en vergeten, toch zie je het soms...

Slide 9 - Slide

Segregatie
  • Groepen leven gescheiden van elkaar. 

  • Wijken waar naar verhouding veel NL'ers met een migratieachtergrond wonen, winkelen en naar school gaan. 

  • Kan negatieve gevolgen hebben: kansen in het onderwijs en arbeidsmarkt neemt af.

Slide 10 - Slide

Integratie
  • Het samenvoegen van cultuurgroepen door wederzijdse aanpassing. 
  • In Nederland wordt verwacht dat je de Nederlandse taal beheerst, kernwaarden van de dominante cultuur te respecteert en actief deelneemt aan de samenleving door werk of studie. 
  • Ook biedt de NL'se samenleving ruimte voor eigen gewoonten, tradities en denkbeelden.  

Slide 11 - Slide

Integratie 
Assimilatie
Segregatie

Slide 12 - Slide

Wat is integratie?
A
mensen passen zich gedeeltelijk aan, aan de dominante cultuur
B
mensen vertrekken naar een ander land.
C
mensen passen zich helemaal niet aan en houden hun eigen cultuur in stand.
D
alles is onjuist.

Slide 13 - Quiz

Integratie of segregratie?
A
Integratie
B
Segregratie

Slide 14 - Quiz

Integratie:

A
assimilatie
B
segregatie
C
integratie

Slide 15 - Quiz

Integratie in de Grondwet
Mensen hebben in een open samenleving veel vrijheid om eigen waarden en normen te leven. Dit zie je terug in de Grondwet:
  • Recht om eigen godsdienst of levensovertuiging te belijden.
  • Eigen gedachten of gevoelens openbaar maken.
  • Vrijheid van onderwijs
  • Discriminatie op grond van godsdienst, levensovertuiging, politieke voorkeur, ras, geslacht of op welke grond dan ook is verboden.

Slide 16 - Slide

Spanningen rond integratie
  • Nieuwkomers:  mensen die niet in Nederland geboren zijn, maar later in NL zijn komen wonen.  (kennismigranten - vluchtelingen)
Gevoel van verlies (vooral bij vluchtelingen): alles wat vanzelfsprekend was is achtergelaten. Nederlanders met een migratieachtergrond: eerste generatie (tradities), tweede generatie (twee culturen) 
  • Radicalisering: wanneer gedachten en/of gedrag van een 
persoon of groep steeds extremer worden en ingaan tegen 
normen en waarden vd rechtsstaat en bereid tot geweld 
toeneemt.

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Link

Opdracht discriminatie
  • Zoek en schrijf de definitie van discriminatie op
  • Geef hierbij een voorbeeld dat correct en incorrect is
  • Bespreek hoe discriminatie en spanningen rond integratie van nu en vroeger verschillen en gelijk zijn
timer
5:00

Slide 19 - Slide

Afsluiten

- wat is integratie, assimilatie en segregatie?
- wat is discriminatie?
- Wat zijn de overeenkomsten tussen vroeger en nu over integratie en spanningen?

Slide 20 - Slide

Opdracht reclame
Bekijk 3 reclames voor een aflevering van de NPO start noteer daarbij;
- de doelgroep, welke waarden je herkent, kenmerken van de personen in de reclame (man/vrouw, leeftijd, (sub)cultuur, speciale kenmerken)
Trek hieruit een conclusie; worden er groepen over/onder vertegenwoordigd, wordt er veel gebruik gemaakt van stereotypering?
- inleveren via it's

Of kijken 'gastarbeiders hoe ging dat toen?'

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Link

Integratie of segregratie?
A
Integratie
B
Segregratie

Slide 23 - Quiz

I. Nieuwkomers die assimileren nemen de Nederlandse dominante cultuur maar een beetje over.
II. Bij segregatie leven verschillende bevolkingsgroepen samen.

A
I is juist, II is onjuist.
B
I is onjuist, II is juist.
C
I en II zijn beide juist.
D
I en II zijn beide onjuist.

Slide 24 - Quiz

Wanneer iemand zijn cultuur verliest bij migratie naar een ander land noemen we dat...
A
Assimilatie
B
Integratie
C
Segregatie

Slide 25 - Quiz

Dit is een voorbeeld van:
A
Integratie
B
Segregatie
C
Assimilatie

Slide 26 - Quiz

Zijn de uitspraken juist of onjuist?
1. Nieuwkomers die integreren nemen de Nederlandse dominante cultuur helemaal over.
2. Bij segregatie leven verschillende bevolkingsgroepen samen.



A
1 is juist, 2 is onjuist.
B
1 is onjuist, 2 is juist.
C
1 en 2 zijn beide juist.
D
1 en 2 zijn beide onjuist.

Slide 27 - Quiz

Wat is geen segregatie?
A
Katholieken en Protestanten in Noord-Ierland
B
Apartheid in Zuid-Afrika
C
Kastensysteem in India
D
Katholieken en Protestanten in Nederland

Slide 28 - Quiz

Is het een goed idee om mensen te dwingen om naar een bepaalde school te gaan om segregatie tegen te gaan?
A
ja
B
nee

Slide 29 - Quiz

I. Nieuwkomers die assimileren nemen de Nederlandse
dominante cultuur maar een beetje over.
II. Bij segregatie leven verschillende bevolkingsgroepen
samen.

A
1 is juist, 2 is onjuist
B
1 is onjuist, 2 is juist
C
Ze zijn beiden juist
D
Ze zijn beiden onjuist

Slide 30 - Quiz

Zijn de volgende beweringen juist of onjuist?
I Zwarte scholen zijn een teken van segregatie.
II Integratie houdt in dat leden van subculturen tenminste de belangrijkste
waarden van de dominante cultuur onderschrijven.

A
I en II zijn juist.
B
I is juist, II is onjuist.
C
I is onjuist, II is juist.
D
I en II zijn onjuist.

Slide 31 - Quiz