Unité 3: après les cours

1 / 45
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 45 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Lundi 11 Novembre 2024
Menu du jour
> répéter l'heure
> Faire exercices 3 et 4
> Corriger exercices 3 et 4
> Jouer un jeu
Objectif:
Ik kan in het Frans klokkijken.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Au travail!
Quoi? Maak opdrachten 3 en 4 in je boek
Comment? Zelfstandig
Aide? Boek, aantekeningen, klasgenoot, docent
Résultat? Klassikaal nakijken
Fini? domino spelen


Objectif: ik kan klokkijken in het Frans.

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Vendredi 15 Novembre 2024
Menu du jour
> vérifier les mots d'apprendre 2
> Finir exercices 3, 4, 5 et 6 (Lire)
> Faire exercices menu au choix
Objectif:
Ik kan een interview over school begrijpen met behulp
van afbeeldingen

Slide 6 - Slide

Au travail!
Quoi? Maak opdracht 5 en 6
Comment? Zelfstandig op de laptop
Aide? Boek, aantekeningen, klasgenoot, docent
Fini? Menu aux choix




niveau normaal
toetsniveau
extra uitdaging

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Lundi, le 09 Décembre 2024
Menu du jour
> l'explication des verbes en -er
> Faire exercice 8a en classe
> Faire exercices 8B,C,D et E individuel
Objectif:
Ik weet wat regelmatige werkwoorden op -er zijn.
Ik kan werkwoorden regelmatige werkwoorden op -er vervoegen.

Slide 9 - Slide

Regelmatige werkwoorden op -er
danser = dansen, maar je kan ook zeggen: ik dans
In het Nederlands:
Ik dans
Jij danst
Hij/zij/men danst
Wij dansen
Jullie dansen
Zij dansen

Slide 10 - Slide

Regelmatige werkwoorden op -er
In het Frans zeggen wij ook niet: ik dansen (je danser)
Daarom moeten wij dit vervoegen!
Stappenplan:
Stap 1
Het hele werkwoord op er - er is de stam
ex. danser -> dans-er, dus de stam is dans
Dan zijn we nog niet klaar!

Slide 11 - Slide

Regelmatige werkwoorden op -er
Stap 2: plak achter de stam de juiste uitgang.
Uitgangen:
Je (ik) : stam + e
Tu (jij) : stam + es
Il (hij)/elle (zij)/ on (men) : stam + e
Nous (wij) : stam + ons
Vous (jullie of u) : stam + ez
    ils/ elles (zij) : stam + ent

Slide 12 - Slide

Regelmatige werkwoorden op -er
Dit wordt dus,
Ik dans -> je danse
Jij danst -> tu danses
Hij/zij/men danst -> il/elle/on danse
Wij dansen -> nous dansons
U danst/jullie dansen -> vous dansez
Zij dansen -> ils /elles dansent

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Schrijf alleen de juiste vervoeging op
1. Pendant le cours, nous ____ la grammaire (tester).

Slide 15 - Open question

Schrijf alleen de juiste vervoeging op
2. Ma mère ____ la télé après son travail. (regarder)

Slide 16 - Open question

Schrijf alleen de juiste vervoeging op
3. Vous ____ la porte s'il vous plaît. (fermer)

Slide 17 - Open question

Schrijf alleen de juiste vervoeging op
4. Je ____ de la guitare après les cours. (jouer)

Slide 18 - Open question

Schrijf alleen de juiste vervoeging op
5. Ils _____ leur sac à dos. (oublier)

Slide 19 - Open question

Schrijf alleen de juiste vervoeging op
6. Je _____ les maths. (détester).

Slide 20 - Open question

Regelmatige werkwoorden op -er
Uitspraak met als voorbeeld: "regarder"
Heel werkwoord eindigt op -er en spreek je uit als [ee]
Je -> e, spreek je uit als [u] in het woord "kruk".
Tu -> es, spreek je uit als [u] in het woord "kruk".
Il/elle/on -> e, spreek je uit als [u] in het woord "kruk".
Nous -> ons, spreek je uit als [on] in het woord "onvoldoende"
Vous -> ez, spreek je uit als [ee] in het woord "eend"
Ils/elles -> ent, spreek je uit als [u] in het woord "kruk"

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Lundi 18 Novembre 2024
Menu du jour
> Je travaille en ligne sur exercice 8
> Je vois le(s) vidéo(s)
> Je travaille sur les exercices en ligne

Objectif:
Ik kan werkwoorden regelmatige werkwoorden op -er vervoegen.

Slide 23 - Slide

Au travail!
Quoi? opdracht 8 op de laptop
Comment? Zelfstandig
Aide? Boek, aantekeningen, klasgenoot, docent
Fini? extra blaadjes of lezen
Durée? jusqu'à quatorze heures.

Objectif: ik kan met een beetje hulp de regelmatige werkwoorden op -er vervoegen

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Video

Slide 26 - Video

Slide 27 - Slide

Le test sur le présent





Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Lundi 25 Novembre 2024
Menu du jour
> Nous discutons le Socrative.
> Nous nous préparons pour le SO.
> Nous lisons

Objectif:
> Ik kan de werkwoorden op -er vervoegen.
> Ik bereid mij voor op het SO van unité 2

Slide 30 - Slide

Vertaal de zin:
Arthur en Jade organiseren

Slide 31 - Open question

Vul in:
Mila .............. (travailler)

Slide 32 - Open question

Vertaal:
Men vergeet

Slide 33 - Open question

Vertaal:
Wij wonen

Slide 34 - Open question

Vertaal:
de leraar praat

Slide 35 - Open question

Verbeter het werkwoord:
Micha déménages à Rotterdam.

Slide 36 - Open question

Verbeter het werkwoord:
Jules et Jim, vous préférons la biologie?

Slide 37 - Open question

Verbeter het werkwoord:
Nina et Rosa travaille bien.

Slide 38 - Open question

Verbeter het werkwoord:
Les filles adore les maths.

Slide 39 - Open question

Verbeter het werkwoord:
Les filles adore les maths.

Slide 40 - Open question

Au travail!
Quoi? extra blaadjes maken of lezen
Comment? Zelfstandig
Aide? Boek, aantekeningen, klasgenoot, docent
Fini? woordjes leren
Durée? jusqu'à deux heures dix.

Objectif: ik bereid mij voor op het SO van unité 3

Slide 41 - Slide

Slide 42 - Slide

Vendredi 29 Novembre 2024
Menu du jour
> Nous finissons exercice 13 et 14 sur écouter
> Nous faisons exercice 15 sur parler

Objectif:
> Ik kan bekende woorden verstaan in gesproken teksten.

Slide 43 - Slide

Slide 44 - Slide

Vendredi 29 Novembre  2024
Menu du jour -> un cours de choix
- Tu apprends les mots d'unité 1,2 et 3
- Tu fais lire extra à la page ....
- Tu lis
- Tu fais les feuilles (=extra blaadjes)
                 
               À toi de choisir!

Slide 45 - Slide